Advertenties
Opname
Het aanzetten van de camera duurt lang: Wis bestanden of mappen.
Ontspanknop uitgeschakeld:
• Geheugenkaart is vergrendeld (alleen SD-kaarten; 0 22), vol of niet
geplaatst (0 14).
• Sluiter vergrendeld is geselecteerd voor Persoonlijke instelling f11
(Ontspannen bij geen kaart; 0 354) en er is geen geheugenkaart
geplaatst (0 14).
• Diafragmaring voor CPU-objectief niet vergrendeld op de hoogste f-waarde
(niet van toepassing voor type G- en E-objectieven). Als
weergegeven in het bedieningspaneel, selecteer Diafragmaring voor
Persoonlijke instelling f9 (Functie instelschijven inst.) > Instellen
diafragma om de diafragmaring te gebruiken voor het aanpassen van
diafragma (0 352).
• Belichtingsstand f geselecteerd met A of & geselecteerd voor
sluitertijd (0 468).
Camera reageert traag op ontspanknop: Selecteer Uit voor Persoonlijke instelling
d4 (Belichtingsvertragingsstand; 0 322).
Elke keer dat de ontspanknop wordt ingedrukt, wordt in de continue opnamestand slechts
één foto gemaakt:
• Klap de ingebouwde flitser neer (0 107).
• Schakel HDR uit (0 184).
Foto's zijn onscherp:
• Draai de selectieknop voor de scherpstelstand naar AF (0 87).
• Camera kan niet scherpstellen met autofocus: Gebruik handmatige
scherpstelling of scherpstelvergrendeling (0 96, 100).
Volledig bereik van sluitertijden niet beschikbaar: Flitser is in gebruik.
Flitssynchronisatiesnelheid kan worden geselecteerd met behulp van
Persoonlijke instelling e1 (Flitssynchronisatiesnelheid); bij het gebruik van
compatibele flitsers, kies 1/320 sec. (automatische FP) of 1/250 sec.
(automatische FP) voor het volledige bereik van sluitertijden (0 329).
Scherpstelling vergrendelt niet wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt: Camera
bevindt zich in de scherpstelstand AF-C: gebruik de A AE-L/AF-L-knop om
scherpstelling te vergrendelen (0 96).
460
B
wordt
Advertenties
