D
Reiniging beeldsensor
Referentiegegevens voor stofverwijdering opgenomen vóór uitvoering
van beeldsensorreiniging, kunnen niet worden gebruikt voor foto's
gemaakt nadat reiniging van de beeldsensor is uitgevoerd. Selecteer
Sensor reinigen en dan starten alleen als de referentiegegevens voor
stofverwijdering niet worden gebruikt met bestaande foto's.
2
Kadreer een egaal wit voorwerp in de zoeker.
Houd het objectief op circa tien centimeter afstand van een goed
verlicht, egaal wit voorwerp, kadreer het voorwerp zodanig dat
het de zoeker vult en druk vervolgens de ontspanknop half in.
In autofocusstand wordt automatisch scherpgesteld op
oneindig; in de handmatige scherpstelstand moet de
scherpstelling handmatig op oneindig worden ingesteld.
3
Verzamel referentiegegevens voor stofverwijdering.
Druk de ontspanknop volledig in om referentiegegevens voor
stofverwijdering te verzamelen. De monitor wordt uitgeschakeld
wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.
Als het referentievoorwerp te helder of
te donker is, kan de camera mogelijk
geen referentiegegevens voor
stofverwijdering verzamelen en wordt
het rechts getoonde bericht
weergegeven. Kies een ander
referentievoorwerp en herhaal de
procedure vanaf Stap 1.
370