Voedingsbron en beeldsnelheid
De maximale beeldsnelheid varieert afhankelijk van de
voedingsbron en het beeldveld. De onderstaande getallen zijn de
gemiddelde maximale beeldsnelheden beschikbaar voor continue
servo-AF, handmatig of sluitertijdvoorkeuze automatische
belichting, een sluitertijd van
dan Persoonlijke instelling d2 bij standaardwaarden en resterend
geheugen in het buffergeheugen.
Voedingsbron
Camera met EN-EL15
Camera met EP-5B stroomaansluiting en
EH-5b lichtnetadapter
Camera met MB-D12 (EN-EL15)
Camera met MB-D12 (EN-EL18)
Camera met MB-D12 (AA
1 Maximum beeldsnelheid is 5 bps wanneer FX (36 × 24) of 5 : 4 (30 × 24) is geselecteerd voor
beeldsnelheid, zelfs als hogere waarden zijn geselecteerd voor Persoonlijke instelling d2
(Opnamesnelheid CL-stand, 0 321).
2 AA-formaat batterijen. Beeldsnelheden kunnen afnemen bij lage temperaturen of wanneer de
batterijen bijna leeg zijn.
De vermelde snelheden zijn mogelijk niet beschikbaar onder
bepaalde omstandigheden. De beeldsnelheid neemt af bij lange
sluitertijden of zeer kleine diafragma's (hoge f-waarden) of wanneer
vibratiereductie (beschikbaar voor VR-objectieven) of automatische
instelling voor ISO-gevoeligheid aan is (0 111) of de batterij bijna
leeg is. In M-stand is de beeldsnelheid ingesteld op ongeveer 3 bps.
104
1
/
250
Beeldveld
FX, 5 : 4
1,2×, DX
FX, 5 : 4
1,2×
FX, 5 : 4
1,2×, DX
FX, 5 : 4
1,2×
FX, 5 : 4
2
)
1,2×
sec. of korter, andere instellingen
Maximale beeldsnelheid (bps)
U
5
6
5
6
DX
7
5
6
5
6
DX
7
5
6
DX
7
1
T
1–6