Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden – overzicht
I
De volgende tabel geeft de vereisten van de fabrikant i.v.m. minimale inspectie- en onderhoudsintervallen weer. Als natio-
nale voorschriften en richtlijnen kortere inspectie- en onderhoudsintervallen vereisen, neem dan in de plaats daarvan deze
intervallen in acht.
Nr.
Werkzaamheden
Controleer de VLT/VGA op dichtheid en reglementaire bevestiging. Zorg ervoor dat deze niet
1
verstopt of beschadigd is en in overeenstemming met de relevante montagehandleiding correct
gemonteerd werd.
Controleer de algemene toestand van het product. Verwijder verontreinigingen aan het product
2
en in de verbrandingskamer.
Voer een visuele controle van de algemene toestand van de warmtewisselaar uit. Let hierbij
3
vooral op tekenen van corrosie, roest en andere schade. Als er u schade opvalt, voer dan het
nodige onderhoud uit.
Controleer de gasaansluitdruk bij maximale warmtebelasting. Als de gasaansluitdruk niet in het
4
aangegeven bereik ligt, voer dan het nodige onderhoud uit.
Controleer het CO₂-gehalte (het luchtgetal) van het product.
5
Verbreek de verbinding van het product met het elektriciteitsnet. Controleer, of de steekverbin-
6
dingen en elektrische aansluitingen correct zijn en voer evt. de noodzakelijke correcties uit.
Sluit de gasafsluitkraan en de onderhoudskranen.
7
Maak het product aan de waterzijde leeg. Controleer de voordruk van het expansievat, vul het
8
evt. bij (ca. 0,03 MPa/0,3 bar onder vuldruk van de installatie).
9
Controleer de ontstekingselektrode.
10
Demonteer de gas-luchteenheid.
Vervang beide branderdichtingen bij elke opening en bij elk onderhoud (ten minste iedere 5
11
jaar).
Reinig de warmtewisselaar (ten minste iedere 5 jaar).
12
→ hoofdstuk "Warmtewisselaar reinigen"
13
Controleer de brander op beschadigingen en vervang de brander evt. (ten minste iedere 5 jaar).
Controleer de condenswatersifon in het product, reinig en vervang deze eventueel.
14
→ hoofdstuk "Condenswatersifon reinigen"
Bouw de gas-luchteenheid in. Attentie: vervang de afdichtingen!
15
Vervang de plaatwarmtewisselaar eventueel als het warmwatervermogen onvoldoende is of als
16
de uitlooptemperatuur niet bereikt wordt.
Reinig de zeef in de koudwateringang. Als de verontreinigingen niet meer verwijderd kunnen
worden of als de zeef beschadigd is, vervang de zeef dan. Controleer in dit geval ook of de
17
stromingssensor niet vuil of beschadigd is. Reinig de sensor (geen perslucht gebruiken!) en
vervang de sensor bij beschadigingen.
Open de gasafsluitkraan, verbind het product opnieuw met het stroomnet en schakel het product
18
in.
Open de onderhoudskranen, vul het product resp. de CV-installatie tot 0,1 - 0,2 MPa/1,0 -
19
2,0 bar (afhankelijk van de statische hoogte van de CV-installatie) en start het ontluchtingspro-
gramma P.07 handmatig als het automatische ontluchtingsprogramma niet start.
Voer een test van product en CV-installatie incl. warmwaterbereiding (indien aanwezig) uit en
20
ontlucht de installatie indien nodig nog een keer.
21
Controleer opnieuw het CO₂-gehalte (het luchtgetal) van het product.
Controleer of er bij het product geen gas, verbrandingsgas, warm water of condens ontsnapt.
22
Verhelp de lekkage evt.
Inspectie/onderhoud noteren.
23
0020199146_08 Thermomaster Installatie- en onderhoudshandleiding
Bijlage
Onderhoud
Inspectie
(min. om de
(jaarlijks)
2 jaar)
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
41