1
▶
Demonteer de voormantel. (→ Pagina 9)
▶
Regel de druk met de instelschroef (1).
▶
Monteer de voormantel. (→ Pagina 9)
Stand van de instel-
schroef
Rechtse aanslag (geheel
ingeschroefd)
Middelste stand (6 om-
wentelingen linksom)
5 verdere omwentelingen
linksom uitgaand van de
middelste stand
9
Warmwatertemperatuur aanpassen
U kunt de installatieparameters opnieuw vastleggen/wijzigen
(→ hoofdstuk "Diagnosecodes gebruiken").
Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 31)
9.1
Warmwatertemperatuur instellen
1.
Neem de geldende aanwijzingen m.b.t. de preventie
tegen legionellabacteriën in acht
Gevaar!
Levensgevaar door legionellabacteriën!
Legionellabacteriën ontwikkelen zich bij tem-
peraturen onder 60 °C.
▶
Zorg ervoor dat de gebruiker alle maatre-
gelen voor de legionellabeveiliging kent
om de geldende voorschriften voor het
voorkomen van legionellabacteriën te ver-
vullen.
2.
Stel de warmwatertemperatuur in.
Voorwaarde: Waterhardheid: > 3,57 mol/m³
–
Warmwatertemperatuur: ≤ 50 ℃
3.
Ontkalk indien nodig het water.
10 Overdracht aan de gebruiker
▶
Nadat u de installatie heeft beëindigd, plakt u de bijge-
voegde sticker (in de taal van de gebruiker) op de pro-
ductmantel.
0020199146_08 Thermomaster Installatie- en onderhoudshandleiding
Opmerking/toepassing
Als de radiatoren bij fabrieks-
instelling niet voldoende warm
worden. In dit geval moet u de
pomp op max. stand zetten.
Fabrieksinstelling
Als er geluiden bij radiatoren of
radiatorkranen optreden.
Warmwatertemperatuur aanpassen 9
▶
Geef aan de gebruiker uitleg over positie en werking van
de veiligheidsinrichtingen.
▶
Instrueer de gebruiker over de bediening van het product.
▶
Wijs de gebruiker vooral op de veiligheidsvoorschriften
die hij in acht moet nemen.
▶
Informeer de gebruiker erover dat het product volgens de
opgegeven intervallen dient te worden onderhouden.
▶
Informeer de gebruiker over de getroffen maatregelen
voor de plaatsing van verbrandingsluchttoevoer en ver-
brandingsgasafvoer.
11 Inspectie en onderhoud
11.1
Inspectie- en onderhoudsintervallen in acht
nemen
▶
Neem de minimale inspectie- en onderhoudsintervallen in
acht. Afhankelijk van de resultaten van de inspectie kan
een vroeger onderhoud nodig zijn.
Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden – overzicht
(→ Pagina 41)
11.2
Reserveonderdelen aankopen
De originele componenten van het product werden in het ka-
der van de conformiteitskeuring door de fabrikant meegecer-
tificeerd. Als u bij het onderhoud of reparatie andere, niet ge-
certificeerde of niet toegestane delen gebruikt, dan kan dit
ertoe leiden dat de conformiteit van het product vervalt en
het product daarom niet meer aan de geldende normen vol-
doet.
We raden ten stelligste het gebruik van originele reserveon-
derdelen van de fabrikant aan, omdat hierdoor een storing-
vrije en veilige werking van het product gegarandeerd is. Om
informatie over de beschikbare originele reserveonderdelen
te verkrijgen, kunt u zich tot het contactadres richten, dat aan
de achterkant van deze handleiding aangegeven is.
▶
Als u bij het onderhoud of de reparatie reserveonderde-
len nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele reserve-
onderdelen die voor het product zijn toegestaan.
11.3
CO₂-gehalte controleren
1.
Stel het product met het testprogramma (P.01) in wer-
king en stel de waarde in.
–
Instelwaarde van het programma P.01: 100
Testprogramma's – overzicht (→ Pagina 30)
2.
Wacht totdat de afgelezen waarde stabiel is.
–
Wachttijd voor het aflezen van een stabiele waarde:
5 min
21