5 Installatie
5.4
Condensafvoerleiding aansluiten
1
▶
Neem de hier beschreven aanwijzingen alsook wettelijke
richtlijnen en plaatselijk geldende voorschriften m.b.t. de
condensafvoer in acht.
▶
Gebruik PVC of een ander materiaal dat voor het afvoe-
ren van de niet-geneutraliseerde condens geschikt is.
▶
Als u niet kunt garanderen dat de materialen van de af-
voerleidingen geschikt zijn, installeert u een systeem
voor de neutralisering van het condenswater.
▶
Zorg ervoor dat de condensafvoerleiding niet dicht met
de afvoerslang verbonden is.
▶
Sluit de condenswatersifon (1) aan. Gebruik hiervoor de
meegeleverde kunststofslang.
5.5
Aftapkraan aansluiten
▶
Sluit een slang aan de aftapkraan (1) aan en leid het vrije
einde van de slang naar een geschikt afvoerpunt.
5.6
VLT/VGA-systeem
5.6.1
VLT/VGA monteren
▶
Monteer de VLT/VGA zoals in de aparte montagehandlei-
ding voor de VLT/VGA beschreven.
12
5.6.2
Aansluitstuk 60/100 mm of 80/125 mm
monteren
1.
Plaats het aansluitstuk (1) op het product.
2.
Draai het aansluitstuk met de klok mee tot het vastklikt.
5.6.3
Aansluitstuk 80/80 mm monteren
1.
Plaats het aansluitstuk (1) op het product. De aanslui-
ting voor de luchttoevoer kan naar de linker of naar de
rechter kant wijzen.
2.
Draai het aansluitstuk met de klok mee tot het vastklikt.
5.7
Aanwijzingen en informatie bij de B23P
1
installatie
Buislengtes B23P installatie (→ Pagina 30)
De VGA moet minstens aan de classificatie T 120 P1 W 1
volgens EN 1443 voldoen.
De maximale buislengte (alleen rechte buis) komt overeen
met de maximaal toegestane verbrandingsgasbuislengte
zonder bochten. Als bochten gebruikt worden, dan moet de
maximale buislengte conform de dynamische stromings-
eigenschappen van de bochtstukken verminderd worden.
Bochtstukken mogen niet direct op elkaar volgen omdat het
drukverlies op deze manier enorm verhoogd wordt.
Vooral als de verbrandingsgasafvoerbuis in koude ruimtes of
buiten het gebouw geïnstalleerd wordt, kan het vriespunt aan
het oppervlak van de binnenkant van de buis bereikt wor-
den. Door aantoonbare dimensionering volgens EN 13384-
1 bij een minimale belasting van de CV-ketel bij een verbran-
dingsgastemperatuur van 40°C moet dit probleem verme-
den worden. Het product mag niet aan een cascaderookgas-
systeem aangesloten worden dat door andere toestellen ge-
bruikt wordt.
Installatie- en onderhoudshandleiding Thermomaster 0020199146_08
1
1