Deze functie bevindt zich in het menu Track
Apps. Maak uw keuze met de 5 knoppen
op het informatiedisplay en de OK-knop
op het stuurwiel.
Line Lock gebruiken
Er zijn drie fasen voor Line Lock:
•
Gestart.
•
Ingeschakeld.
•
Uit.
Line Lock starten
De startfase controleert dat de auto klaar
is voor de functie Line Lock en bevestigt
de bedoeling van de bestuurder. Volg de
instructies in het informatiedisplay om Line
Lock te starten.
Om Line Lock te starten moet aan de
volgende voorwaarden zijn voldaan:
•
De auto staat op een vlakke
ondergrond.
•
De motor loopt.
•
De auto rijdt trager dan 25 mph (40
km/u).
•
Selecteerbare rijmodus staat niet in
natte modus (indien uitgerust).
•
Er zijn geen storingen van de
elektronische stabiliteitsregeling.
Als u Line Lock wilt annuleren wanneer
deze functie is gestart, drukt u op de
linkerknop van het informatiedisplay.
Wanneer Line Lock is gestart, wordt deze
functie voorbereid voor inschakeling en
blijft dit gestart tot 25 mph (40 km/u). Als
de rijsnelheid hoger wordt dan 25 mph (40
km/u), wordt Line Lock automatisch
geannuleerd.
Mustang (CZG, CZY) Vehicles Built From: 02-05-2016, HR3J 19A321 ABA nlNLD, First Printing
Stabiliteitsregeling
Line Lock inschakelen
Volg de instructies in het informatiedisplay
om Line Lock in te schakelen nadat deze
functie is gestart. Trap hard op het
rempedaal om de functie in te schakelen.
Druk dan op de OK-knop. Laat het
rempedaal los wanneer de functie is
ingeschakeld. De voorremmen blijven
ingeschakeld en de achterremmen worden
vrijgegeven. Op dit punt wordt de
inschakeltimer gestart en weergegeven op
het informatiedisplay voor de bestuurder.
Om Line Lock in te schakelen moet aan de
volgende voorwaarden zijn voldaan:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Line Lock vrijgeven
Wanneer Line Lock is ingeschakeld, kunt u
de functie afsluiten (vrijgeven) via de
OK-knop. Wanneer u op de OK-knop drukt,
wordt Line Lock onmiddellijk vrijgegeven
en wordt de normale voertuigfunctie
hervat. Wanneer Line Lock is ingeschakeld,
toont een afteltimer de resterende tijd
voordat Line Lock automatisch wordt
132
De auto staat op een vlakke
ondergrond.
De motor loopt.
De auto staat stil.
De parkeerrem is niet ingeschakeld.
Het bestuurdersportier is dicht.
De transmissie staat in een
vooruitversnelling.
Selecteerbare rijmodus staat niet in
natte modus (indien uitgerust).
Er zijn geen storingen van de
elektronische stabiliteitsregeling.
Het stuurwiel moet in de rechtuitpositie
staan.