Voorwoord Uw machine Uw machine Algemeen De in deze bedieningsinstructies beschre- ven heftrucks voldoen aan de van toepassing zijnde normen en veiligheidsvoorschriften. Als de heftruck op de openbare weg wordt gebruikt, moet hij voldoen aan de daarvoor geldende nationale wetgeving. De vereiste rijvergunning voor de machine moet bij de verantwoordelijke instantie worden aange- vraagd.
Voorwoord Informatie over de documentatie Informatie over de documentatie Omvang van de documentatie • Bedieningsinstructies • Bedieningsinstructies voor voorzetappara- tuur (speciale uitrusting) • Lijst van reserveonderdelen • Voorschriften voor het gebruik van indus- triële machines van de VDMA (de Duitse brancheorganisatie voor de machine- en installatiebouw) Deze bedieningsinstructies beschrijven alle...
Pagina 12
Voorwoord Informatie over de documentatie Het bedrijf dat de heftruck gebruikt (zie ⇒ Hoofdstuk ”Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen”, blz. 20) moet erop toezien dat alle gebruikers deze instructies ontvangen, gelezen en begrepen hebben. Dank u voor het lezen en opvolgen van deze instructies.
De uitgavedatum van deze bedieningshand- leiding vindt u op de omslag. STILL ontwikkelt zijn heftrucks continu verder. Wij wijzen erop dat wijzigingen voorbehouden zijn en dat claims op basis van de informatie in deze handleiding niet kunnen worden geho- noreerd.
Voorwoord Informatie over de documentatie WAARSCHUWING Verplichte procedure om letsel te voorkomen. LET OP Verplichte procedure om beschadiging en/of verni- eling van materiaal te voorkomen. OPMERKING Voor technische vereisten die om bijzondere aandacht vragen. MILIEUVOORSCHRIFT Ter voorkoming van milieuvervuiling. Toelichting bij de kruisverwijzingen Bij kruisverwijzingen wordt de lezer verwezen naar de desbetreffende paragraaf of het des- betreffende hoofdstuk.
Voorwoord Informatie over de documentatie Definiëring van de richtingen De in de tekst gebruikte aanduidingen: voor- uit,(3) achteruit, (1), rechts (4) en links (2)heb- ben betrekking op de plaats van de compo- nenten ten opzichte van het bestuurderscom- partiment, met de last naar de achterzijde gericht.
Voorwoord Milieuoverwegingen Milieuoverwegingen Verpakking Bij aflevering van de heftruck zijn bepaalde onderdelen verpakt ter bescherming tijdens het transport. Deze verpakking moet volledig worden verwijderd voordat de heftruck voor het eerst wordt gestart. MILIEUVOORSCHRIFT Het verpakkingsmateriaal moet na levering van de heftruck op de juiste manier worden afgevoerd.
Inleiding Gebruik van de machine Gebruik van de machine Beoogd gebruik LET OP Deze machine is ontworpen voor het trekken van in- dustriële aanhangwagens en voor het opslaan van lasten op pallets of in voor dit doel geconstrueerde industriële containers. De afmetingen en capaciteiten van de aanhangwa- gens, pallets of containers moeten zijn afgestemd op de te transporteren last en moeten een goede...
Inleiding Gebruik van de machine De maximale lading die getrokken mag wor- den, mag niet worden overschreden en is aangegeven op het plaatje waarop trekkrach- ten staan. Niet goedgekeurd gebruik Voor gevaren, die ontstaan door niet goedge- keurd gebruik, ligt de verantwoordelijkheid bij de gebruiker en niet bij de fabrikant.
Pagina 20
Inleiding Gebruik van de machine Uw machine is niet geschikt voor gebruik in koelhuizen. Het bedrijf dat de machine gebruikt (zie ⇒ Hoofdstuk ”Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen”, blz. 20) moet voor een afdoende brandbeveiliging voor de betreffende toepassing en gebruiksomgeving van de machine zorgen.
Inleiding Restrisico’s Restrisico’s Overige gevaren en risico’s Ondanks zorgvuldig werken en het opvolgen van de normen en voorschriften kunnen niet alle risico’s tijdens het gebruik van de machine volledig worden uitgesloten. De machine en alle overige systeemcompo- nenten voldoen aan de actuele veiligheids- voorschriften.
Inleiding Restrisico’s overschrijden, kan zelfs bij extreme eisen aan de stabiliteit niet worden uitgesloten. • Verlies van stabiliteit door instabiele of schuivende lasten etc. • Brand- en explosiegevaar door batterijen en elektrische spanningen. • Menselijke fouten: het niet opvolgen van veiligheidsvoorschriften.
Pagina 23
Inleiding Restrisico’s 4 401 013 [NL]...
Inleiding Restrisico’s Overzicht van de gevaren en tegen- maatregelen OPMERKING Deze tabel dient als hulp voor de beoordeling van gevaren in uw bedrijf en geldt voor alle soorten aandrijvingen. OPMERKING Neem uw nationale voorschriften in acht! Gevaren Maatregel Controleteken Opmerking √...
Inleiding Restrisico’s Gevaren Maatregel Controleteken Opmerking √ opgelost - niet van toepassing Bij het laden van Neem uw nationale Vooral aandrijfaccu’s voorschriften in acht - ventilatie zekerstellen - isolatiewaarde in toelaatbaar bereik Neem uw nationale Bij het bedrijf van acculaadapparatuur voorschriften in acht Bij het parkeren van Neem uw nationale...
Pagina 26
Inleiding Restrisico’s 4 401 013 [NL]...
Veiligheid Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen Bedrijf dat de heftruck gebruikt Het bedrijf dat de heftruck gebruikt, is de na- tuurlijke of wettelijke persoon die met de vork- heftruck werkt of in wiens dienst met de vork- heftruck wordt gewerkt.
Pagina 29
Veiligheid Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen over aantoonbare vaardigheden beschikken in het rijden met heftrucks en het hanteren van lasten en die door het bedrijf dat de heftruck gebruikt, of door een geautoriseerde verte- genwoordiger daarvan, daarmee zijn belast. Daarnaast is een specifieke kennis van de te bedienen machine vereist.
Veiligheid Definitie van de termen voor de verantwoordelijke personen GEVAAR Het gebruik van drugs en alcohol en van medicijnen die het reactievermogen beïnvloeden, beperken de geschiktheid om een heftruck te besturen! Personen onder invloed van voornoemde middelen mogen nooit aan of met een heftruck werken. Verbod voor onbevoegden De bestuurder is gedurende zijn gehele werk- tijd verantwoordelijk voor de heftruck.
Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik Basisprincipes voor een veilig gebruik Verzekeringsdekking voor gebruik op het bedrijfsterrein Veel bedrijfsterreinen zijn beperkt openbare verkeersgebieden. OPMERKING Vraag bij de aansprakelijkheidsverzekering van uw onderneming na of de verzekering de schade dekt die uw heftruck op een beperkt openbaar terrein aan derden toebrengt.
Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik Waarschuwing voor niet-originele onderdelen Originele onderdelen, aanbouwapparatuur en toebehoren zijn speciaal voor dit transport- werktuig ontworpen. We wijzen er uitdrukke- lijk op, dat niet door ons geleverde onderdelen, aanbouwapparatuur en toebehoren ook niet door ons zijn getest en vrijgegeven. LET OP De montage en/of het gebruik van zulke produc- ten kan daarom onder bepaalde omstandigheden...
Pagina 33
Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik worden gevraagd, of deze voldoende tegen elektromagnetische storingen beveiligd zijn. 4 401 013 [NL]...
Veiligheid Veiligheidscontroles Veiligheidscontroles Periodieke veiligheidscontroles van het transportwerktuig Veiligheidscontrole periodiek en na bij- zondere gebeurtenissen jährliche Prüfung De exploitant (zie ⇒ Hoofdstuk ”Definitie van gem. UVV de termen voor de verantwoordelijke perso- Mängel siehe Prüfbuch nen”, blz. 20) moet ervoor zorgen, dat het letzte Prüfung transportwerktuig minimaal eenmaal jaarlijks of na bijzondere gebeurtenissen (in Duits-...
Veiligheid Veiligheidscontroles Elektrische isolatie testen De isolatie van de machine moet over vol- doende isolatieweerstand beschikken. De isolatieweerstand dient ten minste éénmaal per jaar te worden getest volgens DIN 57117 en DIN 43539, VDE 0117 en VDE 0510. OPMERKING De elektrische installatie van de machine en de batterijen dienen afzonderlijk te worden gecontroleerd.
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken mid- delen Toegelaten onderhoudsmiddelen WAARSCHUWING Bedrijfsstoffen kunnen gevaarlijk zijn. Neem de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met deze stoffen in acht. De toegelaten noodzakelijke stoffen voor het gebruik staan in de tabel onderhoudsgege- vens.
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Langdurig intensief contact met de huid kan tot verschraling en irritatie van de huid leiden. – Voorkom aanraking en inslikken. – Draag veiligheidshandschoenen. – Was na contact de huid met zeep en water en gebruik vervolgens een huidbeschermingsmiddel.
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Deze vloeistoffen zijn gevaarlijk voor de gezondheid en staan tijdens het gebruik van de vorkheftruck onder druk. – Zorg ervoor dat deze vloeistoffen niet met de huid in aanraking komen. –...
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Batterijzuur bevat verdund zwavel- zuur. Dit is bijtend. – Draag bij het werken met batterij- zuur altijd beschermende kleding en een veiligheidsbril. – Laat geen zuur op de kleding, op de huid of in de ogen komen;...
Veiligheid Emissies Emissies Emissies Geluidsemissies De waarden zijn vastgesteld volgens de me- thodes van de Europese norm EN12053 (be- treffende geluidsmetingen voor gemotori- seerde machines op basis van de normen ISO 11201 en EN ISO 3744 en in overeenstem- ming met de vereisten van de norm EN ISO 4871).
Pagina 41
Veiligheid Emissies Studies hebben aangetoond dat de amplitude van de trillingen op hand en arm aan het stuur en aan de bedieningselementen van de ma- chines kleiner is dan 2,5 m/s . Daarom is er geen wettelijke grens voor dit type meting. De persoonlijke belasting vanwege de tril- lingen die per dag op de bestuurder worden uitgeoefend, moet indien nodig op de daad-...
Overzichten Totaaloverzicht Totaaloverzicht Totaaloverzicht Claxon Batterij Batterijstekker Regeleenheid stuurinrichting Cockpit Stuurbekrachtigingsmotor Rugleuning Aangedreven wiel Beschermrooster Reductiekast Hefmast Rijmotor Drukknop voor meeloopbediening (speciale Elektromagnetische rem uitrusting) Hydrauliekolietank Aanhangerkoppeling Pompmotor In- en uitklapbare vorken Zekeringen Lastwielen Knoppen voor het uit- en inklappen van de Regeleenheid voor de rijaandrijving vorken Platform...
Overzichten Markeringen Markeringen Posities van markeringen Logo van de fabrikant en productidentificatie Label ”beknellingsgevaar voor voeten” Label ”geen stroppen aanbrengen” Logo van de fabrikant Symbool ”voor aanbrengen van stroppen” Antisliptreden Label ”Stop” Label ”stekker” Label ”niet op staan” ”Informatie”sticker 4 401 013 [NL]...
Pagina 49
Overzichten Markeringen Logo van de fabrikant en productidentificatie Label ”gevaar/last” Label ”niet op de vorken staan” Label ”beknellingsgevaar voor handen” UVV-plaatje en steun (alleen Duitsland) 4 401 013 [NL]...
Overzichten Markeringen Gegevensplaatje OPMERKING Vermeld bij alle technische vragen het serie- nummer. 1044_921-002 Model Fabrikant Serienr. Bouwjaar Leeggewicht (zonder batterij) in kg Batterijgewicht maximaal Batterijgewicht minimaal Extra gewicht (ballast) in kg Nominaal vermogen in kW Batterijspanning V Nominaal hefvermogen in kg CE-merkteken 4 401 013 [NL]...
Overzichten Opties en varianten Opties en varianten Opties en varianten Aanduiding Afmetingen/opmerkingen Status h1 = 1626 mm Simplexmast (SX) Serie h = 1250 mm h1 = 2176 mm Simplexmast (SX) Variant h = 1800 mm Behuizing voor 24V-batterij, Voor batterij 450 Ah verticaal en zijdelings Serie 800x218x798 TROG 97...
Pagina 53
Overzichten Opties en varianten Aanduiding Afmetingen/opmerkingen Status Rockinger-koppeling Variant Rubber bumpers aan Optioneel aandrijfzijde Metalen bumper voor Optioneel aandrijfzijde Metalen batterijdeksel Optioneel Voor TROG 97 Gepolsterde rugleuning Serie Onderste accessoirestang Optioneel voor aandrijfzijde Bovenste accessoirestang Optioneel voor aandrijfzijde Bovenste accessoirestang Optioneel met dwarsstuk Meeloopbediening voor-...
Pagina 54
Overzichten Opties en varianten Aanduiding Afmetingen/opmerkingen Status Vaste batterijaansluiting Variant SBE 320 A rood Achteruitkijkspiegel rechts of Optioneel links FleetManager Optioneel Laderaansluiting DIN 80 Optioneel REMA Laderaansluiting DIN 80 Optioneel REMA met luchtinlaat Laderaansluiting SBE 160 Optioneel rood Laderaansluiting DIN 160 Optioneel REMA Laderaansluiting SBE 160...
Gebruik Beoogd gebruik Beoogd gebruik LET OP Deze machine is ontworpen voor het trekken van in- dustriële aanhangwagens en voor het opslaan van lasten op pallets of in voor dit doel geconstrueerde industriële containers. De afmetingen en capaciteiten van de aanhangwa- gens, pallets of containers moeten zijn afgestemd op de te transporteren last en moeten een goede stabiliteit garanderen.
Pagina 57
Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan het gebruik WAARSCHUWING Valgevaar! Bij werkzaamheden aan hogere delen van de ma- chine (zoals de mast) mogen er geen heftruck- componenten als opstaphulp of stavlak worden gebruikt. Gebruik hiervoor altijd geschikte uitrusting. Controleer voordat u de machine start of hij in bedrijfsklare conditie verkeert: –...
Gebruik Controles en handelingen voorafgaand aan het gebruik – Het beschermrooster moet intact en stevig bevestigd zijn. – Accessoires (optioneel) moeten juist zijn aangesloten en moeten werken zoals be- schreven in de bedieningshandleiding. – Controleer op vuil en ijs. – De bestuurder moet gekwalificeerd zijn voor het rijden met de machine.
Gebruik Ingebruikname Batterijstekker aansluiten (statio- naire batterijlader) – De batterijstekker (1), contactdoos uit het steekcontact van het laadstation halen en vervolgens met de batterijsteekkoppeling (stekker) van het voertuig verbinden. 1044_606-013 Ingebruikname Trekker inschakelen OPMERKING De trekker is voorzien van een digitale sturing en wordt door het invoeren van een bestuur- derscode in gebruik genomen.
Gebruik Ingebruikname Gebruikerscode invoeren – Druk op de toets (aan) (6). Het display (4) toont de melding (8). Deze mel- Code ding verdwijnt na ca. een seconde weer. Vervolgens kunt u de uit 4 cijfers bestaande gebruikerscode invoeren. De cijfers wor- den op dezelfde manier ingevoerd als bij een mobieltje.
Gebruik Ingebruikname – Het cijfer wordt gewist en de knipperende regel (9) verschijnt weer. U kunt nu opnieuw cijfers invoeren. – Nadat het vierde cijfer is ingevoerd, beves- tigt u de code met (5). De naam van PRG ↲ de fabrikant van de machine verschijnt. De machine kan nu worden ingeschakeld.
Gebruik Ingebruikname Batterijlading – Druk op drukknop (4) „bladeren“ om PRG ↑ de beschikbare batterijlading (3) weer te geven. OPMERKING Na het aansluiten van de batterij is de juiste laadtoestand pas na ca. 1 minuut bereikt. De lading wordt in % aangegeven en veran- dert in stappen van 5 %.
Gebruik Ingebruikname Onderhoudsintervalbeheer – Druk op de (scrollen) (4) om PRG-toets ↑ de resterende tijd tot de volgende onder- houdsbeurt op te roepen. Het display toont de resterende uren (6) en een symbool van een steeksleutel (5). Als het display op 0 staat, moet het onderhoud volgens het on- derhoudsschema worden uitgevoerd.
Gebruik Ingebruikname Rem en aanwezigheidsvlak contro- leren – Transportwerktuig langzaam met de rij- schakelaar (1) in beweging zetten. – Aanwezigheidsvlak (2) verlaten, laat hierbij de rijschakelaar bediend. 1050_003-036 Noodrem controleren – Met de trekker door middel van de rijscha- kelaar (4) langzaam rijden. –...
Gebruik Rijden Rijden Veiligheidsinstructies voor het rijden Gedrag tijdens het rijden De bestuurder moet zich in het bedrijfsinterne verkeer net zo gedragen als op de openbare weg. De snelheid moet aan de plaatselijke omstandigheden worden aangepast. De be- stuurder moet bijv. langzaam rijden in boch- ten, bij en in smalle doorgangen, tijdens het rijden door klapdeuren en op onoverzichte- lijke plaatsen.
Gebruik Rijden achterop rijden. Als dit niet mogelijk is moet een begeleidende persoon vóór het transport- werktuig uit lopen. In een dergelijk geval wordt enkel met stapssnelheid gereden en moet men zeer voorzichtig zijn. Het transportwerk- tuig moet onmiddellijk worden gestopt, zodra het oogcontact met de begeleider verloren gaat.
Pagina 67
Gebruik Rijden geen te grote neigingen en geen te smalle of te lage doorgangen hebben. Toestand van de rijbanen De bekleding van de rijbanen moet voldoende bevestigd zijn en zoveel mogelijk vrij zijn van vuil en gevallen voorwerpen. Afvoergeulen, oversteken en dergelijke moeten zo gelijk mogelijk zijn en indien nodig met oprijplaten stootvrij worden overreden.
Gebruik Rijden Gedrag in noodsituaties In een noodgeval kunnen alle functies van het transportwerktuig worden uitgeschakeld. – Hiertoe moet de accustekker (7) worden losgekoppeld. Het transportwerktuig remt LET OP Deze veiligheidsinrichting mag alleen in geval van nood worden gebruikt. OPMERKING Voor het opnieuw in bedrijf te stellen, moet eerst de accustekker weer worden aangeslo- ten en daarna de bestuurderscode opnieuw...
Gebruik Rijden Rijden, staand meerijdend – Sta rechtop, met beide voeten binnen de dodemanszone (1) van het staplatform. OPMERKING De machine moet ingeschakeld zijn. WAARSCHUWING Zorg dat er zich geen voorwerpen op het staplat- form bevinden die door hun gewicht de dodemans- mat kunnen activeren.
Gebruik Rijden Vooruit – Druk met uw duim op het bovenste gedeelte van de rijschakelaar (2) of (3). – De snelheid van de machine is evenredig aan de beweging van de rijschakelaar. – Zodra de rijschakelaar wordt losgelaten, wordt de machine elektrisch afgeremd. Achteruit –...
Gebruik Rijden Meelopend bedienen via de cockpit, kruipgang vooruit met behulp van de rijschakelaars – Pak vanaf de zijkant een van de grepen (1) of (4) van de cockpit vast. OPMERKING De machine moet ingeschakeld zijn. LET OP Tijdens het gebruik is voorzichtigheid geboden, vooral als de gebruiker niet met deze functie be- kend is.
Pagina 72
Gebruik Rijden – Zodra de rijschakelaar wordt losgelaten, wordt de machine elektrisch afgeremd. Achteruit – Druk met uw duim op het onderste gedeelte van de rijschakelaar. – De snelheid van de machine is evenredig aan de beweging van de rijschakelaar; de snelheid is beperkt tot 6 km/h.
Gebruik Rijden Meelopend bedienen via knoppen 1050_003-007 op rugleuning OPMERKING De machine is voorzien van twee drukknop- pen (1) en (2) aan weerszijden van de rugleu- ning van de stoel. Met deze knoppen kan de machine vanaf beide zijden meelopend wor- den bediend.
Gebruik Rijden – Om te stoppen, laat u de drukknop (4) los. De machine komt tot stilstand. Stuurinrichting De machine wordt gestuurd door de cockpit binnen de aangegeven hoek (1) te draaien. Remmen WAARSCHUWING De remweg van het transportwerktuig wordt door de bodemgesteldheid beïnvloed.
Pagina 75
Gebruik Rijden – Aanwezigheidsvlak (3) verlaten. 1044_501-010 – Drukknop (4) of (5) loslaten. Middelmatig afremmen – Rijschakelaar (1) of (2) in tegenoverge- stelde richting bedienen. 1044_501-007 4 401 013 [NL]...
Gebruik Rijden Noodrem LET OP Deze rem mag alleen in geval van nood worden gebruikt. – Noodremdrukknop (6) indrukken. De trekker remt sterk af. – In het display (7) verschijnt de indicatie SToP OPMERKING Na het uitgaan van de indicatie SToP druk- knop (8) (AAN) drukken om de hefwagen 1047_003-020...
Gebruik Hefhoogte Hefhoogte Bedieningselementen voor de hefinrichting Vorken uit- en inklappen LET OP Het is uitdrukkelijk verboden een aanhangwagen te trekken als de hefmodus wordt gebruikt. LET OP Zorg dat er voldoende ruimte is om de vorken uit te klappen. –...
Gebruik Hefhoogte – Voor het inklappen van de vorken MOET de bestuurder het dodemanspedaal bedienen en tegelijkertijd op de twee toetsen (1) druk- ken tot de vorken volledig zijn ingeklapt. Vorken heffen 6 7 8 OPMERKING Het vorkenbord kan alleen worden geheven als de vorken volledig zijn uitgeklapt.
Gebruik Aanhangwagens trekken Aanhangwagens trekken Verantwoord gebruik tijdens slepen OPMERKING Deze machine is geschikt voor het trekken van aanhangwagens en is hiervoor uitgerust met een aanhangerkoppeling. Aanhangwagens trekken De getrokken last mag niet zwaarder zijn dan de op het typeplaatje vermelde max. last. De maximale tractie van de wielen is de maxi- male trekkracht die de trekker kan uitoefenen om de weerstand bij het optrekken met aan-...
Pagina 80
Gebruik Aanhangwagens trekken Voorbeeld van trekvermogen Force à la jante (N) Het volgende trekvermogensschema bevat de volgende informatie: Afstand (km) Snelheid (km/h) Helling (%) (km/h) (km) 2000 3000 4000 1000 5000 Nominale tractie van de wielen (N) Last (kg) Gegevens op het schema 4000 kg Op een helling van 4% en met een getrokken 3000 kg...
Gebruik Aanhangwagens trekken Aanhangwagen aankoppelen LET OP Bij het aan- en afkoppelen van aanhangwagens moeten het sleepvoertuig en de aanhangwagen altijd op een vlakke ondergrond staan. Let op, dat alle bedieningselementen in de neutrale positie staan en dat de parkeerrem geactiveerd is. Vóór het aankoppelen van een aanhangwa- gen controleren, of het oog aan de trekstang aan de aanhangwagen en de vangmuilkoppe-...
Gebruik Aanhangwagens trekken Vangmuilkoppeling mono-positie of multi-positie Vangmuilkoppeling – Trek de vergrendelingspen (2) eruit. – Rijd met het sleepvoertuig langzaam ach- teruit. GEVAAR Bij het aankoppelen mag zich niemand tussen het sleepvoertuig en aanhangwagen ophouden. Rijd altijd het sleepvoertuig naar de aanhangwagen toe. –...
Gebruik Aanhangwagens trekken Afkoppelen – Verlaat het aanwezigheidsvlak (1). Het sleepvoertuig staat op de rem. – Aanhangwagen met wiggen borgen of de rem van de aanhangwagen activeren. 1047_003-039 – Vergrendelingspen (2) 90° draaien en uit de vangmuilkoppeling (3) trekken. – Rijd met het sleepvoertuig langzaam ach- teruit.
Gebruik Aanhangwagens trekken Automatisch sluitende vangmuilkop- peling Aankoppelen – Trek aan de borggreep (3). – Zwenk de hendel (2) omhoog. – Maak de rem aan de vooras van de aan- hangwagen. LET OP Indien hiermee geen rekening wordt gehouden kunnen vangmuil, oog aan de trekstang en steunin- richting worden beschadigd! Het oog aan de trekstang moet bij het aankoppelen van een aanhangwagen het midden van de vang-...
Pagina 85
Gebruik Aanhangwagens trekken Afkoppelen – Verlaat het aanwezigheidsvlak (1). Het sleepvoertuig staat op de rem. – Aanhangwagen met wiggen borgen of de rem van de aanhangwagen activeren. – Trek aan de borggreep (3). – Zwenk de hendel (2) omhoog. – Sleepvoertuig langzaam vooruit rijden. 1047_003-039 4 401 013 [NL]...
Gebruik Aanhangwagens trekken Vangmuilkoppeling ROCKINGER Aankoppelen – Zwenk de hendel (2) omhoog. – Maak de rem aan de vooras van de aan- hangwagen. LET OP Indien hiermee geen rekening wordt gehouden kunnen vangmuil, oog aan de trekstang en steunin- richting worden beschadigd! Het oog aan de trekstang moet bij het aankoppelen van een aanhangwagen het midden van de vang- muil raken.
Pagina 87
Gebruik Aanhangwagens trekken Afkoppelen – Verlaat het aanwezigheidsvlak (1). Het sleepvoertuig staat op de rem. – Aanhangwagen met wiggen borgen of de rem van de aanhangwagen activeren. – Zwenk de hendel (2) omhoog. – Sleepvoertuig langzaam vooruit rijden. 1047_003-039 4 401 013 [NL]...
Gebruik Aanhangwagens trekken Aanhangwagen slepen OPMERKING Zorg ervoor, dat u met het remsysteem van de aanhangwagen vertrouwd raakt. Let erop, dat de aanhanglading veilig, vast en gelijkmatig op de aanhangwagen is verdeeld en dat de nominale trekkracht van de trekker niet wordt overschreden.
Gebruik Met lasten werken GEVAAR Nooit een bijrijder op een aanhangwagen vervoe- ren, tenzij de aanhangwagen hiervoor speciaal is uitgerust. Met lasten werken Veiligheidsvoorschriften voor het hanteren van lasten In de volgende paragrafen zijn de veiligheids- voorschriften voor het hanteren van lasten opgenomen.
Gebruik Met lasten werken Vóór het oppakken van een last Hefvermogen Voorbeeld 1 Gewicht van de te 500 kg heffen last Afstand tussen lastzwaartepunt en 500 mm vorkrug Toegestane 1250 mm lasthefhoogte Voorbeeld 2 Gewicht van de te 450 kg heffen last Afstand tussen lastzwaartepunt en...
Gebruik Met lasten werken Een last oppakken Om een goede stabiliteit van de last te ga- randeren, moet de last goed op de vorken uitgebalanceerd en gecentreerd worden en moeten de vorken ver genoeg onder de last worden geschoven. De last mag niet te ver over de vorken uitsteken, en de vorken mogen niet te ver onder de last uitsteken.
Gebruik Met lasten werken Pallets of containers transporteren De laadeenheden (bijv. pallets) moeten over het algemeen afzonderlijk getransporteerd worden. Het gelijktijdig transporteren van meerdere laadeenheden is alleen toegestaan: • als er wordt voldaan aan de veiligheidsvoor- waarden • wanneer is voldaan aan de technische ver- eisten •...
Pagina 93
Gebruik Met lasten werken – Nader de aanhangwagen met gematigde snelheid. Rem progressief en zet de ma- chine loodrecht ten opzichte van de aan- hangwagen stil. – Steek de vorken voorzichtig tot de hiel naar binnen zonder de aanhangwagen of de last te raken.
Gebruik Met lasten werken – Hef de last tot deze op de vork rust. – Kijk naar voren om te controleren of de weg vrij is. Bedien de rijschakelaar en rijd lang- zaam en voorzichtig loodrecht ten opzichte van de aanhangwagen naar voren tot de last vrij is.
Gebruik Met lasten werken Een last op een aanhangwagen (of in een stelling) plaatsen – Nader de aanhangwagen met gematigde snelheid, met de last neergelaten. – Rem geleidelijk af en zet de machine lood- recht ten opzichte van de aanhangwagen stil.
Gebruik Digicode Gebruik van liften De bestuurder mag met deze machine alleen liften gebruiken met voldoende draagvermo- gen en waarvoor het bedrijf dat de heftruck gebruikt toestemming heeft verleend. – Rijd de machine met de last naar achteren in de lift en zorg dat u de wanden van de schacht niet raakt.
OPMERKING Indien mastercodes of bestuurderscodes wor- den vergeten of verloren gaan, neem dan con- tact op met de STILL-servicetechnicus, want alleen hij kan de opgeslagen codes zichtbaar maken. Servicecode De servicecode is alleen voor de klantenserv- ice bestemd.
Gebruik Digicode Mastercode toevoegen OPMERKING De trekker is uitgeschakeld, de batterij is aan- gesloten. – Drukknop (AAN) (5) bedienen. – Een geldige mastercode van 4 cijfers met de drukknoppen (1), (2) of invoeren. 1044_505-009 – Zolang met drukknop (6) bladeren, PRG ↑...
Gebruik Digicode – Met drukknop (4) de invoer bevesti- PRG ↲ 1044_505-013 gen, totdat de nieuwe mastercode (9) knip- pert (de afbeelding toont een voorbeeld), vervolgens de drukknop loslaten. – In het display verschijnt weer (10). 1044_505-011 – Bedien drukknop (6) (bladeren), PRG ↑...
Pagina 100
Gebruik Digicode – Zolang met drukknop (6) bladeren, PRG ↑ 1044_505-010 totdat de indicatie (7) verschijnt. – Met drukknop (invoer) (4) zolang PRG ↲ 1044_505-015 bevestigen, totdat de indicatie (10) verschijnt.. – Met drukknop (4) de invoer beves- PRG ↲ 1044_505-012 tigen.
Gebruik Digicode Bestuurderscode toevoegen OPMERKING De trekker is uitgeschakeld, de batterij is aan- gesloten. – Drukknop (AAN) (5) bedienen. – Een geldige mastercode van 4 cijfers met de drukknoppen (1), (2) of invoeren. 1044_505-009 – Zolang met drukknop (6) (bladeren), PRG ↑...
Gebruik Digicode – Met drukknop (4) de invoer beves- PRG ↲ 1044_505-013 tigen, totdat de nieuwe bestuurderscode (9) knippert (de afbeelding toont een voor- beeld), vervolgens de drukknop loslaten. – In het display verschijnt weer (10). 1044_505-011 – Bedien drukknop (6) (bladeren), tot- PRG ↑...
Pagina 103
Gebruik Digicode – Zolang met drukknop (6) bladeren, PRG ↑ 1044_505-016 totdat de indicatie (7) verschijnt. USEr – Met drukknop (invoer) (4) zolang PRG ↲ 1044_505-015 bevestigen, totdat de indicatie (10) verschijnt. – Met drukknop (4) de invoer beves- PRG ↲ 1044_505-012 tigen.
Gebruik Storingscodes Storingscodes Storingsdisplay Storingscodes Op het display (15) van de cockpit kunnen sto- ringscodes worden weergegeven (bijv. E380). Neem contact op met onze serviceafdeling als er een storingscode wordt weergegeven. 1044_505-019 Bediening van de machine in speciale omstandigheden Transport –...
Gebruik Omgang met de batterij Hijsen met een takel LET OP Gebruik een takel en haken met voldoende draag- vermogen. Zie het gegevensplaatje van de ma- chine voor het toegestane lastgewicht. – Bevestig een strop op elke plaats die is gemarkeerd met een haaksymbool (3).
Gebruik Omgang met de batterij Brandpreventie WAARSCHUWING Als men met batterijen omgaat mag men niet roken en moet men open vuur vermijden. In de omgeving van de opteladen trekker en het laadtoestel mogen op een afstand van minstens 2 m geen brandbare stoffen en vonkvormende voorwerpen voorkomen.
Gebruik Omgang met de batterij Beschadiging aan kabels LET OP Bij het uit- en inbouwen van de batterij moet erop worden gelet, dat de batterijkabels niet worden beschadigd. Accuruimte openen/sluiten Openen – Transportwerktuig parkeren. – Accustekker (1) eruit trekken. 1044_001-006 –...
Pagina 108
Gebruik Omgang met de batterij – Accuvergrendeling (4) 90° naar boven klap- pen. 1050_003-022 Sluiten WAARSCHUWING Er bestaat kneuzingsgevaar. Bij het sluiten van de accukap mag zich niets tussen kap en frame bevinden. – Accustekker, contactdoos (3) weer plaat- sen. –...
Gebruik Omgang met de batterij – Sleutel (5) voor het accuruimteslot 180° draaien en eraf trekken. 1044_606-015 Batterij vervangen Voor het vervangen van de batterij zijn er 2 mogelijkheden: 1. van boven met behulp van hijsgereedschap (alle trekkers) 2. vanaf de zijkant op een rollenframe (extra leverbaar) Om kortsluitingen te vermijden moeten batte- rijen met open polen of verbindingsklemmen...
Gebruik Omgang met de batterij Batterij met behulp van een kraan vervangen – Batterijstekker eruit trekken. – Het batterijdeksel openen. – Batterij ontgrendelen. – Batterij (6) aan passend hijsgereedschap (5) bevestigen. – De kraan en het hijsgereedschap moeten een loodrechte trekkracht uitoefenen, zodat de bak niet wordt samengedrukt.
Gebruik Buitenbedrijfstelling Onderhoud van de accu Voor de inrichting en het gebruik van accu- trekker mag pas weer in gang worden gezet laadstations moeten de desbetreffende wet- als alle afdekkingen en aansluitingen weer in telijke bepalingen worden nageleefd. De ge- de normale bedrijfstoestand staan.
Gebruik Opslag Opslag Maatregelen bij langere stillegging van de trekker Bij langere stillegging van de trekker moeten – Alle vrijliggende elektrische contacten met de volgende corrosiewerende maatregelen een geschikte contactspray insproeien. worden uitgevoerd. Voor een stillegging LET OP van de trekker boven twee maanden, moet deze in een schone en droge ruimte worden –...
Pagina 113
Gebruik Opslag • de rijaandrijving, het bedieningssysteem en de stuurinrichting, • de remmen (bedrijfsrem en parkeerrem), • de aanhangerkoppeling, • de hef- en daalfunctie van de vorken, • het uit- en inklappen van de vorken. 4 401 013 [NL]...
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Algemene onderhoudsinformatie Algemeen Deze handleiding bevat alle informatie die U nodig heeft voor het onderhoud van Uw voer- tuig. Laat de onderhoudswerkzaamheden binnen de gestelde termijn volgens het on- derhoudsschema uitvoeren, want alleen dan behoudt Uw voertuig zijn efficiënte werking, zijn prestatievermogen en zijn lange levens- duur en behoudt U Uw recht op eventuele garantie.
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie onderdeel en de omgeving zorgvuldig worden gereinigd. Bij het vullen van bedrijfsstoffen mogen uit- sluitend schone bussen worden gebruikt. Opleiding en kwalificatie van het onderhoudspersoneel Alleen gekwalificeerd en bevoegd personeel mag het onderhoud uitvoeren. De jaarlijkse controle moet door een deskundige worden uitgevoerd.
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Inspectielijst Onderhoud en smering 1. Dagelijks 2. Voer onderhoudswerkzaamheden uit vol- gens de urenteller (zwaar type) Na 3000 draaiuren moeten bijvoorbeeld alle onderhouds- en smeerwerkzaamheden voor na "500 en 1000 uur" worden uitgevoerd. Na 9000 draaiuren verder als hierboven, maar dan met 9500 draaiuren in plaats van 500.
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Onderhouds- en inspectie-intervallen Voer de werkzaamheden uit met de volgende intervallen. Afb. n Onderhoud Machine reinigen Wielen onderhouden Indien nodig Batterijonderhoud Rem onderhouden Hefinrichting onderhouden Hydraulisch systeem onderhouden 7, 10 Elektromotor onderhouden Elektrische installatie onderhouden Om de 3 maanden/500 Rem onderhouden Vorken controleren Hefinrichting onderhouden...
Pagina 120
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Isolatie controleren 1000 uur Technische inspectie ter voorkoming van ongevallen Hydraulisch systeem onderhouden Hefinrichting onderhouden Jaarlijks/2000 uur Elektrische installatie onderhouden Isolatie controleren Technische inspectie ter voorkoming van ongevallen 5000 uur Reductiekast onderhouden 4 401 013 [NL]...
Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Reserveonderdelen en te gebruiken middelen bestellen Reserveonderdelen worden geleverd door onze onderdelenservice. U vindt de beno- digde informatie over het opgeven van bestel- lingen in de onderdelencatalogus. Gebruik alleen door de fabrikant aanbevolen reserveonderdelen. Bij gebruik van niet-goed- gekeurde reserveonderdelen bestaat er door kwaliteitsgebreken of een verkeerde keuze een groter ongevalrisico.
NLGI Multi S2 Gewrichten en (lithiumverzeept), MIL-L-2105, Indien nodig afdichtingen TOTAL- API:GL4 transmissieolie TOTAL ELF: API GLA+ (80W90EP) Reductiekast Olie STILL- Ca. 1,5 l onderdeelnummer: 7326000010 tot de DIN 51524 P3 Hydraulisch Hydrauliekolie markering XV 32 HVLP Ca. 6 l systeem...
Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Maatregelen bij het onderhoud Ter voorkoming van ongelukken bij onder- houdswerkzaamheden moeten alle noodza- kelijke veiligheidsmaatregelen worden getrof- fen. Zoals bijv.: – Er moet voor worden gezorgd, dat het voer- tuig niet ongewild kan bewegen of in gang kan schieten (batterijstekker uittrekken).
Onderhoud Voorbereidingen op onderhoud Voorbereidingen op onderhoud Machine ophijsen of opkrikken Bij het ophijsen van de machine, zijn compo- nenten of extra apparatuur mogen de hijsin- richtingen alleen aan de speciale hijspunten worden gehaakt. Neem bij het opkrikken de nodige maatregelen in acht (plaats wielkeg- gen of houten blokken) om te voorkomen dat de machine wegglijdt of kantelt.
Onderhoud Voorbereidingen op onderhoud Afdekking verwijderen Verwijder de afdekking voor het uitvoeren van onderhoud. Daarvoor is het volgende nodig: – Draai de twee bouten (1) en (2) los en – verwijder de afdekking (3). LET OP Zorg dat de elektrische kabels niet beschadigd raken.
Onderhoud Reinigen Reinigen Machine reinigen Reinigingsinstructies – Parkeer de machine altijd volgens de in- structies. – Koppel de batterijstekker (1) los. LET OP – De batterij moet gedurende de reinigingswerk- zaamheden losgekoppeld zijn. Buitenkant van de machine wassen WAARSCHUWING Gebruik geen brandbare vloeistoffen om de ma- chine te wassen.
Pagina 127
Onderhoud Reinigen – Reinig de kettingen met een paraffinede- rivaat, bijv. petroleum (volg de instructies van de fabrikant op). – Bij reiniging met een stoomreiniger mogen er geen additieven worden gebruikt. – Na de reiniging moet de ketting onmiddellijk met perslucht worden gedroogd. Beweeg de ketting zodanig dat het resterende water uit de schakels loopt.
Onderhoud Onderhoud indien nodig Onderhoud indien nodig Wielen en rollen onderhouden Wielbeslag, slijtage en op beschadiging controleren • Het loopvlak van het aandrijfwiel (2) en de achterwielen (1) mogen niet beschadigd zijn. Afmetingen Aandrijfwiel 250 x 100 mm Achterwielen 250 x 80 mm –...
Pagina 129
Onderhoud Onderhoud indien nodig Voorzorgsmaatregelen bij het batterijon- derhoud De celdoppen van de batterij moeten droog en schoon worden gehouden. Gemorst bat- terijzuur moet onmiddellijk worden geneutrali- seerd. De klemmen en kabelschoenen moe- ten schoon zijn, lichtjes met poolvet worden ingesmeerd en goed worden aangeschroefd.
Onderhoud Onderhoud indien nodig Loodbatterij opladen WAARSCHUWING Er bestaat gevaar op beschadiging, kortsluiting en explosie. Er mogen geen metalen voorwerpen of ge- reedschappen op de batterij worden gelegd. Geen open licht, niet roken. WAARSCHUWING 1044_606-008 Elektrolyt (verdund zwavelzuur) is giftig en agres- sief! Follow the safety precautions for handling battery electrolyte.
Pagina 131
Onderhoud Onderhoud indien nodig – Batterijstekker (2) met de stekker van het laadstation verbinden. OPMERKING Neem a.u.b. de gegevens in de gebruiksa- anwijzing van de batterij en het laadstation in acht (vereffeningslading). WAARSCHUWING De gassen, die bij het laden vrijkomen, zijn explo- sief.
Onderhoud Onderhoud indien nodig De werking van de rem controleren, noodrem controleren – Trekker in beweging brengen. – Dodemansvlak (5) verlaten. De trekker wordt afgeremd. – Met de trekker door middel van de rijscha- kelaar (2) langzaam rijden. – Noodremdrukknop (3) indrukken. De trek- ker wordt afgeremd en blijft stilstaan.
Onderhoud Onderhoud indien nodig Hefrichting – Verwijder eventueel aanwezig vuil van de geleiderails. – Smeer de geleiderails ter vermindering van slijtage met een hechtend en bestendig S-smeermiddel voor zware drukken. OPMERKING Smeer de geleiderails vanaf een afstand van 15 à 20 cm gelijkmatig met een smeerspray. Wacht ca.
Onderhoud Onderhoud indien nodig Zekeringen LET OP – Vóór elke ingreep in de elektrische installatie moet het voertuig spanningsloos worden ge- schakeld, door de accustekker los te koppelen. – 2 bouten (1) en (2) eruit draaien. – Afdekking (3) verwijderen. In de zekeringenhouder bevinden zich de vol- gende zekeringen: Hoofdzekering...
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Onderhoud om de 500 uur Overige werkzaamheden – Onderhoud naar behoefte uitvoe- ren.⇒ Hoofdstuk ”Onderhoud indien nodig”, blz. 120. Oliepeil aandrijfmechanisme contro- leren OPMERKING De trekker moet op een vlakke ondergrond staan. – Stuurstang draaien, totdat de controleplug (1) zichtbaar is.
Pagina 136
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Geoxideerde aansluitingen en defecte bedra- ding leiden tot spanningsverlies en daardoor tot storingen. – Verwijder alle sporen van oxidatie en ver- vang defecte draden. Koolborstels van de pompmotor vervan- – Breng de machine tot stilstand, koppel de batterijaansluiting los en verwijder het front- paneel.
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Onderhoud elektrische installatie Kabelaansluitingen en zekeringen con- troleren GEVAAR – Transportwerktuig uitschakelen en accustekker eruit trekken, voordat met de volgende onder- houdswerkzaamheden wordt begonnen. – Voorste afdekking verwijderen. – Zekeringen (1) op toestand controleren. –...
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Remvermogen controleren – Plaats de nominale last op de machine. WAARSCHUWING Zorg dat het remtraject vrij is en zorg voor voldo- ende afstand om de veiligheid te garanderen. – Rijd de machine met 6 km/h. –...
Pagina 139
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur Beschermrooster/veiligheidsscherm controleren – Controleer de bevestiging en de toestand (geen enkele beschadiging!) van het be- schermrooster (of veiligheidsscherm). – Vervang het beschermrooster (of veilig- heidsscherm) als dit beschadigd is. – Houd het door de fabrikant aangegeven aantal bevestigingen aan.
Pagina 140
Onderhoud Onderhoud om de 500 uur 4 401 013 [NL]...
Onderhoud Onderhoud om de 1000 uur Veiligheidskeuring uitvoeren Het voertuig moet tenminste één keer per jaar door een deskundige worden getest. Deze jaarlijkse controle door een deskun- jährliche Prüfung dige moet de controle van de toestand van gem. UVV de onderdelen en voorzieningen en van de Mängel siehe Prüfbuch volledigheid en effectiviteit van de veiligheids- letzte Prüfung...
Onderhoud Onderhoud om de 2000 uur Hydraulisch systeem onderhouden Hydrauliekolie aftappen en oliefilter ver- vangen WAARSCHUWING Hydrauliekolie is schadelijk voor de gezondheid Volg de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met hydrauliekolie op. LET OP Voer de afgewerkte olie af volgens de instructies. –...
Onderhoud Onderhoud om de 2000 uur – De rollen zijn voorzien van levensduursme- ring en zijn onderhoudsvrij. Vervang ze als de speling te groot is of als ze versleten zijn. – Neem contact op met onze serviceafdeling voor het uitvoeren van dit werk. Batterij controleren, schoonmaken WAARSCHUWING Gevaar voor explosie en kortsluiting!
Onderhoud Onderhoud om de 5000 uur Isolatieweerstand van de elektrische installatie controleren Minimaal éénmaal jaarlijks de isolatieweer- stand van alle actieve elektrische componen- ten volgens DIN 57117 en DIN 43539, VDE 0117 en 0520 laten controleren. Meetspanning > Nominale spanning < 500 V. De isolatieweerstand geldt als voldoende, wanneer hij minimaal 1000 Ohm/V nominale spanning tegen het chassis bedraagt.
Onderhoud Onderhoud om de 5000 uur – Voer onderhoud om de 1000 uur uit, zie ⇒ Hoofdstuk ”Onderhoud om de 1000 uur”, blz. 133. – Voer onderhoud om de 2000 uur uit, zie ⇒ Hoofdstuk ”Onderhoud om de 2000 uur”, blz. 135. Onderhoud van het aandrijfmecha- nisme Tandwielolie verversen...
Pagina 148
Onderhoud Onderhoud om de 5000 uur 4 401 013 [NL]...
Technische gegevens Wielen en banden DIVERSEN 8.1 Snelheidsregeling AC-regeleenheid Wielen en banden Toelaatbare types van wielen Er mogen alleen die wieltypes worden ge- bruikt, die in deze aanwijzing zijn vermeld. 4 401 013 [NL]...
Pagina 155
Trefwoordenregister Bestuurderscode wissen ... . 94 Beveiligd parkeren van de trekker ..98 Aanhangwagen aankoppelen ..73 Beveiligd parkeren van de vorkheftruck .
Pagina 156
Trefwoordenregister Hefmast Onderhoud ....130 Na het wassen ....119 Hydrauliekolie .
Pagina 157
Trefwoordenregister Reserveonderdelen en te gebruiken middelen bestellen ... 113 Van rijrichting veranderen ..62, 64 Rijden op hellingen ....87 Vangmuilkoppeling mono-positie of Rijden, staand meerijdend .
Pagina 160
Still GmbH Berzeliusstrasse 10 D-22113 Hamburg Kencijfer 4 401 013 NL...
Pagina 167
Schema’s Elektrische installatie Elektrisch schema speciale uitrusting (signaallampjes en FleetManager) 4 401 013 [NL]...
Pagina 168
Schema’s Elektrische installatie Beschrijving van componenten De hieronder vermelde eenheden zijn niet noodzakelijkerwijs bij alle machines aanwe- zig. OPMERKING Aanduiding Aanduiding Component Component Regeleenheid voor de rijaandrijving CAN-busstekker voor regeleenheid van stuurinrichting Batterijlader Batterij Rij LED’s A111 A112 Stekkerbus Diagnosestekker Bedieningskast Connector van solenoïdeklep en cilinderrelais Regeleenheid stuurinrichting...
Pagina 169
Schema’s Elektrische installatie Component Aanduiding Component Aanduiding Terugmeldpotentiometer van stuurinrichting Daalknop, rugleuning rechts Potentiometer voor hellingshoek van dissel Daalknop, rugleuning links 6P12 Batterij-ontlaadindicator en/of urenteller Sensor platform links Drukknop achteruitrijden rechts Verwarmingsweerstand Drukknop achteruitrijden links Toets, bevestiging computer Benamingen algemeen Toets, bevestiging computer Stelmechanisme verwijderd Sleutel of digicode...
Pagina 170
Schema’s Elektrische installatie Component Aanduiding Connector van display Batterijstekker Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Minklem Plusklem Diverse connectoren Connector van disselkabelboom Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Connector rem / aan/uit-schakelaar dissel Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Diverse connectoren Connector disselkast 1 Connector disselkast 2...
Pagina 171
Schema’s Elektrische installatie 4 401 013 [NL]...
Pagina 172
Still GmbH Berzeliusstrasse 10 D-22113 Hamburg Kencijfer 4 401 013 NL...