Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Toepassing 7 - Kaysun Aquantia R-32 PRO KHP-MO 18 DTR2 Installatie En Gebruikshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

8.7 Toepassing 7

De eenheden worden parallel geïnstalleerd en kunnen worden gebruikt voor koeling, verwarming en warm water.
Er kunnen 6 eenheden parallel worden geschakeld. Raadpleeg 9.7.5 voor het aansluitschema van het elektrische besturingssysteem van
het parallelle systeem.
Het parallelle systeem kan de werking van het hele systeem alleen besturen en bekijken door de master op de draadcontroller aan te sluiten;
Als de DHW-functie vereist is, kan de watertank alleen worden aangesloten op het watercircuit van de mastereenheid via een driewegklep
en worden bestuurd door de mastereenheid;
Als u moet koppelen met AHS, kan de AHS alleen worden aangesloten op de masterwaterweg en worden bestuurd door de mastereenheid;
De aansluiting en functie van de terminal zijn hetzelfde als de enkele eenheid, raadpleeg de toepassing 8.1 ~ 8.6;
1-2
1-n
2
2
16
3
3
Codering
Montage-eenheid
1-1
Buiteneenheid: master
1-2...1-n
Buiteneenheid: slave
2
Y-vormig filter
3
Afsluiter (ter plaatse te voorzien)
4
Bedrade controller
6
Afvoerklep (ter plaatse te voorzien)
7
Vulklep (ter plaatse te voorzien)
8
Dempingsvat (ter plaatse te voorzien)
8.1
Ontluchtingsklep
8.2
Afvoerklep
9
Expansievat (ter plaatse te voorzien)
P_o: Buitencirculatiepomp (ter plaatse
10
te voorzien)
11
Verzamelaar / verdeler (ter plaatse te voorzien)
Tank voor huishoudelijk warm water
12
(ter plaatse te voorzien)
12.1
Ontluchtingsklep
12.2
Warmtewisselaarspiraal
12.3
Bijverwarming
Het volume van het dempingsvat (8) moet groter zijn dan (40 n)L. De afvoerklep (6) moet op de laagste positie van het
systeem worden geïnstalleerd.
De buisverbindingen van de waterinlaat en -uitlaat van elke eenheid van het parallelle systeem moeten worden aangesloten
met zachte verbindingen, en eenrichtingskleppen moeten worden geïnstalleerd op de wateruitlaatbuis;
De Tbt1-temperatuursensor moet in het parallelle systeem worden geïnstalleerd (anders kan de eenheid niet worden
gestart), het temperatuurpunt wordt ingesteld in het dempingsvat (8).
AHS
1-1
16
16
2
3
18
6
Codering
13
14
15
16
17
18
19
23
23.1
23.2
24
25
FHL 1...n
FCU 1...n
AHS
/
/
OPMERKING
20
12
4
13
12.1
12.3
16
12.2
16
10
9
F
C
U
24
25
23
19
8.1
8.2
23.1
23.2
7
8
F
H
Montage-eenheid
T5: DHW-tanktemp. sensor
Warmwaterkraan (ter plaatse te voorzien)
P_d: DHW-pomp (ter plaatse te voorzien)
Eenrichtingsklep (ter plaatse te voorzien)
Omloopklep (ter plaatse te voorzien)
SV1: 3-wegklep (ter plaatse te voorzien)
SV2: 3-wegklep (ter plaatse te voorzien)
Mengstation (ter plaatse te voorzien)
SV3: 3-wegklep (ter plaatse te voorzien)
P_c: pomp van zone 2 (ter plaatse te voorzien)
Tw2: Zone 2 wateraanvoertemp. (individuele aankoop)
Tbt1: Temp. dempingsvat sensor (niet inbegrepen
in het apparaat)
Vloerverwarmingskring (ter plaatse te voorzien)
Ventilatorconvectoren (ter plaatse te voorzien)
Extra verwarmingsbron (ketel) (ter plaatse te voorzien)
/
/
14
15
11
17
----
1
F
C
U
2
-
- - -
F
C
U
n
11
----
L
1
F
H
L
2
-
- - -
F
H
L
n

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave