Inbedrijfstelling | Assen configureren
7.7.1
Overzicht van vaak toegepaste meetsystemen
Het volgende overzicht bevat de parameters van HEIDENHAIN-meetsystemen die
doorgaans in combinatie met het apparaat worden gebruikt.
Indien andere meetsystemen worden aangesloten, zoekt u de vereiste
parameters op in de documentatie van deze systemen.
Lengtemeetsystemen
Voorbeelden van doorgaans gebruikte incrementele meetsystemen
Meetsysteem-
serie
LS 388C/688C
LS 187/487C
LB 382C
Voorbeelden van doorgaans gebruikte absolute meetsystemen
Meetsysteem-serie
LC 415
Hoekmeetsystemen en impulsgevers
Meetsysteem-serie Interface
RON 285C
ROD 280C
ROD 480
ERN 180
ERN 480
Met behulp van de volgende formules kunt u de nominale afstand
van de afstandsgecodeerde referentiemerken bij hoekmeetsystemen
berekenen:
Nominale afstand = 360° aantal referentiemerken × 2
Nominale afstand = (360° × nominale afstand in signaalperioden)
aantal strepen
Voorbeelden van doorgaans gebruikte absolute meetsystemen
Meetsysteem-serie
ROC 425
RCN 5310
HEIDENHAIN | ND 7000 | Bedieningshandleiding Frezen | 07/2021
Interface
Signaalperiode
20 μm
1 V
pp
20 μm
1 V
pp
40 μm
1 V
pp
Interface
EnDat 2.2
Aantal strepen/
uitgangssignalen
per omwenteling
1 V
18.000
PP
1 V
18.000
PP
1 V
1000 ... 5000
PP
1 V
1000 ... 5000
PP
1 V
1000 ... 5000
PP
Interface
EnDat 2.2
EnDat 2.2
Referentiemerk
Max. verplaat-
sing
Gecodeerd
20 mm
Gecodeerd
20 mm
Gecodeerd
80 mm
Meetstap
5 nm
Referentiemerk
Nom. afstand
Gecodeerd
20°
Gecodeerd
20°
Een
-
Een
-
Een
-
Meetstap
25 bit
26 bit
7
99