Beschrijving van de storing
Frontlader, werktuig en werktuig
met hydraulische functie, zoals
bovengrijper, beweegt te langzaam
of helemaal niet.
Te lage hef- en trekkracht.
Lucht in de hydraulische olie
(herkenbaar aan schuimende
hydraulische vloeistof).
Lekkage aan de hydraulische
koppelingen van de frontlader
resp. de 3e of 4e stuurkring.
Frontlader, werktuig en werktuig
met hydraulische functie blokkeert
tijdens de optil- resp.
neerlaatbeweging.
Frontlader gaat slingeren bij het
neerlaten van de lading.
Wankel werktuig bij FS-ijlgang-
frontladers (werktuig kantelt naar
achteren).
73
PROBLEEMANALYSE BIJ STORINGEN
Oorzaak
Te weinig olie in het hydraulische systeem. Controleer het oliepeil en vul eventueel olie
Hydraulische koppelingen verkeerd
aangesloten.
Tractorpomp versleten.
Te lage oliestroom.
Toerental van de motor te laag.
Hydraulische vloeistof te koud.
Te veel lading in het werktuig.
Hydraulische koppeling defect.
Interne lekkage in de hydraulische cilinder. Cilinder controleren, evt. defecte cilinder
Drukbegrenzingsklep fout ingesteld.
Interne lekkage in het besturingsblok.
Bedieningshendel fout ingesteld.
Klep bovengrijper schakelt niet.
Te lage oliedruk.
Interne lekkage in de hydraulische cilinder. Cilinder controleren, evt. defecte cilinder
Te veel lading in het werktuig.
Drukbegrenzingsklep primair resp.
secundair fout ingesteld of defect.
Interne lekkage in het besturingsblok.
Hydraulische pomp zuigt lucht aan.
Hydraulische filter vervuild.
Kleine oliehoeveelheid in de tank.
Oliesoorten vermengd.
Toevoer teruglopende olie.
Lek door binnengedrongen vuil.
Slijtage of beschadigingen van de
koppelingen.
Koppeling niet volledig gesloten.
Koppeling defect.
Hydro-Fix, multikoppeling en werktuig-Fix
niet volledig gesloten.
Daalsnelheid te hoog.
Ijlgang lediging in werking gesteld zonder
storten. Dit veroorzaakt vacuüm in het
hydraulische systeem.
Fouten verhelpen
bij.
Controleer de aansluitingen.
Tractorpomp controleren en evt.
vervangen.
Controleer de hydrauliek van de tractor.
Verhoog het toerental van de motor.
Verwarm het hydraulische systeem op
werktemperatuur.
Verminder de lading.
Controleer de koppelingen en vervang ze
eventueel.
repareren resp. vervangen.
Instelling van de drukbegrenzingsklep
controleren.
Besturingsblok controleren, evt.
vervangen.
Instellingen bedieningshendel corrigeren.
Magneet en schuiver controleren en evt.
vervangen.
Controleer de hydrauliek van de tractor.
repareren resp. vervangen.
Verminder de lading.
Instelling van de drukbegrenzingskleppen
controleren en indien nodig vervangen.
Besturingsblok controleren, evt.
vervangen.
Controleer de leidingen tussen
hydraulische pomp en tank op losse of
defecte aansluitingen.
Hydraulische filter, indien nodig vervangen.
Olieveelheid controleren, evt. bijvullen.
Alleen aanbevolen oliesoorten gebruiken.
Aansluiting voor teruglopende olie zoals
vastgelegd.
Reinig de koppeling en vervang deze
eventueel.
Bij niet-gebruik van de frontlader of de 3e of
4e stuurkring de hydraulische koppelingen
afsluiten met de beschermkappen resp. het
deksel van de Hydro-Fix.
Koppelingen vervangen.
Hydraulische koppeling controleren.
Vervang de defecte koppelingshelft.
Vergrendelingshendel controleren op
vervormingen. Koppelingen controleren op
goede bevestiging, evt. bevestigen.
Verminder de daalsnelheid.
Zet de ijlgang lediging alleen in werking
tijdens het storten.
Verhoog het toerental van de motor om
genoeg olie te transporteren.
B57WZ2 0000000099 NL 003