10. Druk op de printerklep totdat deze vastklikt.
11. Houd de knoppen Start/Stop
het bedieningspaneel ingedrukt terwijl u de printer
inschakelt. Laat de knoppen pas los als de lampjes
Klaar (groen) en Fout (rood) branden.
De tonerteller is opnieuw ingesteld.
Opmerking:
U kunt de tonerteller ook opnieuw instellen via de printerdriver.
Zie "Teller van de fotogeleidingseenheid opnieuw instellen" op
pagina 40 (Windows) of "Teller van de fotogeleidingseenheid
opnieuw instellen" op pagina 162 (Macintosh) voor meer
informatie.
en Informatie
Verbruiksgoederen vervangen
op
177
8
8
8
8
8
8
8
8
8
8
8
8