Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Realvü Weergave-Instellingen; Panoptix Instellingen Voor Installatie Van Transducer - Garmin VOLVO PENTA GLASS COCKPIT Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor VOLVO PENTA GLASS COCKPIT:
Inhoudsopgave

Advertenties

Schermbediening: Hiermee toont u de schermknoppen.
Compressiebereik: Bij de weergave Vooruit wordt het
voorwaartse bereik verder van de boot gecomprimeerd
en het bereik dichter bij de boot vergroot. Hierdoor
kunt u objecten die dichterbij zijn duidelijker zien, maar
blijven objecten verder weg wel op het scherm staan.
RealVü Weergave-instellingen
Selecteer in een RealVü sonarweergave Opties >
Echoloodinstelling > Presentatie.
Puntkleuren: Hiermee kunt u een ander kleurenschema
instellen voor de sonarweerkaatsingspunten.
Bodemkleuren: Hiermee stelt u het kleurenschema voor
de bodem in.
Bodemstijl: Hiermee kunt u de stijl voor de bodem
instellen. In diep water selecteert u de Punten optie
om handmatig het bereik naar een ondiepere waarde te
zetten.
Kleurlegenda: Kleurlegenda met bijbehorende diepten.
Schermbediening: Hiermee toont of verbergt u de
schermknoppen.

Panoptix Instellingen voor installatie van transducer

Selecteer in een Panoptix sonarweergave Opties >
Echoloodinstelling > Installatie.
Installatiediepte: Hiermee stelt u in hoe diep onder
de waterlijn de Panoptix transducer is gemonteerd.
Door de exacte diepte van de montageplaats van de
transducer in te voeren wordt de visuele weergave van
wat zich in het water bevindt verbeterd.
Boegcorrectie: Stel de afstand in van de boeg tot
de installatielocatie van de Forward ViewPanoptix
transducer . Zo kunt u de voorwaartse afstand tot
de boeg zien in plaats van tot de locatie van de
transducer.
Dit geldt voor Panoptix transducers in de
sonarweergaven FrontVü, LiveVü Forward, en RealVü
3D Forward.
Straalbreedte: Hiermee stelt u de breedte van de omlaag
gerichte Panoptix transducerstraal in. Met een smalle
straalbreedte kunt u dieper en verder kijken. Met
bredere straalbreedten kunt u meer dekkingsgebieden
zien.
Dit geldt voor Panoptix transducers in de
sonarweergaven FrontVü, LiveVü Down, en LiveVü
Forward.
Gebruik AHRS: De interne sensoren van het Attitude
Heading & Reference System (AHRS) detecteren
automatisch de installatiehoek van de Panoptix
transducer. Als deze instelling is uitgeschakeld, kunt
u de specifieke installatiehoek voor de transducer
opgeven via de instelling Pitch-hoek. Veel naar voren
gerichte transducers worden geïnstalleerd onder een
hoek van 45 graden en omlaag gerichte transducers
worden geïnstalleerd onder een hoek van nul graden.
Gespiegeld: Hiermee stelt u de oriëntatie van de Panoptix
sonarweergave in als de Down View transducer is
52
geïnstalleerd met de kabels richting de bakboordzijde
van de boot.
Dit geldt voor Panoptix transducers in de
sonarweergaven LiveVü Down, RealVü 3D Down, en
RealVü 3D Historical.
Kalibreer kompas: Kalibreert het interne kompas in
de Panoptix transducer
pagina
52).
Dit geldt voor Panoptix transducers met een intern
kompas zoals de PS21-TR transducer.
Oriëntatie: Hiermee zet u de transducer in de Down- of
Forward-installatiemodus. De instelling Auto gebruikt
de AHRS-sensor om de oriëntatie te bepalen.
Dit geldt voor PS22 transducers.
Herstel sonarstandaarden: Hiermee herstelt u alle
fabrieksinstellingen van de sonar.
De boegcorrectie instellen
Voor Forward View Panoptix transducers, kunt u een
boegcorrectie toepassen om de voorwaartse afstand te
compenseren voor de installatielocatie van de transducer.
Hierdoor kunt u naar voren kijken vanaf de boeg in plaats
van vanaf de installatielocatie van de transducer.
Deze functie is van toepassing op Panoptix transducers in
de sonarweergaven FrontVü, LiveVü Forward, en RealVü
3D Forward.
1 Meet de horizontale afstand
de boeg.
2 Selecteer vanuit een geschikte sonarweergave Opties
> Echoloodinstelling > Installatie > Boegcorrectie.
3 Voer de gemeten afstand in en selecteer OK.
Op de geschikte sonarweergave verandert het
voorwaartse bereik met de afstand die u hebt ingevoerd.
Het kompas kalibreren
Voordat u het kompas kunt kalibreren, moet de transducer
op voldoende afstand van de trollingmotor zijn geplaatst
om magnetische interferentie te voorkomen en in het
water in gebruik zijn genomen. De kalibratie moet
voldoende nauwkeurig zijn om het interne kompas te
kunnen gebruiken.
OPMERKING: Het kompas werkt niet wanneer u de
transducer op de motor monteert.
OPMERKING: Gebruik voor de beste resultaten een
koerssensor zoals de SteadyCast
koerssensor geeft de richting waarnaar de transducer ten
opzichte van de boot is gericht aan.
(Het kompas kalibreren,
van de transducer tot
koerssensor. De
Viszoeker met sonar

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave