Het spoorloggeheugen beheren tijdens het opslaan
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Sporen >
Actieve spooropties.
2 Selecteer Opnamemodus.
3 Selecteer een optie:
• Selecteer Vul om een logboek met sporen bij te
houden tot het geheugen met sporen vol is.
• Selecteer Wikkel om het logboek met sporen
continu bij te houden, waarbij de oudste
koersgegevens worden vervangen door nieuwe
gegevens.
Het opslaginterval van het spoorlog configureren
U kunt de frequentie aangeven waarmee de sporen
worden geregistreerd. Het frequent vastleggen van
spoorpunten is nauwkeuriger maar hierdoor raakt het
logboek met sporen wel sneller vol. Het resolutie-interval
wordt aanbevolen voor het meest efficiënte gebruik van
het geheugen.
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Sporen >
Actieve spooropties > Interval.
2 Selecteer een optie:
• Als u een spoor wilt vastleggen op basis van de
afstand tussen twee punten, selecteert u Interval >
Afstand > Wijzig en voert u de afstand in.
• Als u een spoor wilt vastleggen op basis van
tijdinterval, selecteert u Interval > Tijd > Wijzig en
geeft u het interval op.
• Als u een spoor wilt vastleggen op basis van
een afwijking in de koers, selecteert u Interval
> Resolutie > Wijzig en voert u de maximale
toegestane fout in van de ware koers voordat er een
spoorpunt wordt vastgelegd. Dit is de aanbevolen
instelling voor opnamen.
Grenzen
VOORZICHTIG
De instelling Zoemer moet zijn ingeschakeld om
alarmen te laten horen
(Scherm- en geluidsinstellingen,
pagina
91). Het niet instellen van akoestische alarmen
kan leiden tot letsel of schade aan eigendommen.
Met Grenzen kunt u gebieden op het wateroppervlak
markeren die u wilt vermijden of niet wilt verlaten. U
kunt een alarm instellen dat u waarschuwt als u een
grensgebied in- of uitvaart.
U kunt de kaart gebruiken om grensgebieden, -lijnen en
-cirkels te maken. U kunt ook opgeslagen sporen en
routes omzetten in grenslijnen. U kunt een grensgebied
maken met via-punten door een route te maken op basis
van via-punten en de route om te zetten in een grenslijn.
U kunt een grens selecteren die u wilt instellen als actieve
grens. U kunt de actieve grensgegevens toevoegen aan
de gegevensvelden op de kaart.
Navigatie met een kaartplotter
Een grens maken
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Grenzen >
Nieuw.
2 Selecteer een grensvorm.
3 Volg de instructies op het scherm.
Een route omzetten in een grens
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Routes en
Auto Guidance paden.
2 Selecteer een route.
3 Selecteer Bekijk > Wijzig route > Sla op als grens.
Een spoor omzetten in een grens
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Sporen >
Opgeslagen sporen.
2 Selecteer een spoor.
3 Selecteer Bekijk > Wijzig spoor > Sla op als grens.
Een grens bewerken
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Grenzen.
2 Selecteer een grens.
3 Selecteer Bekijk.
4 Selecteer een optie:
• Selecteer Weergaveopties als u de weergave van
de grens op de kaart wilt bewerken.
• Selecteer Wijzig grens als u de grenslijnen of
-naam wilt wijzigen.
• Selecteer Alarm als u het grensalarm wilt bewerken.
Een grens koppelen aan een SmartMode lay-out
U kunt een grens aan een SmartMode lay-out koppelen
om de lay-out automatisch te openen wanneer u een
grensgebied in- of uitvaart. U kunt bijvoorbeeld een grens
instellen rond uw jachthaven en automatisch de Afmeren
lay-out laten weergeven als u de jachthaven nadert.
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Grenzen.
2 Selecteer een grens.
3 Selecteer Bekijk > Koppel SmartMode™ >
SmartMode™.
4 Selecteer Binnengaan en selecteer een lay-out.
5 Selecteer Verlaten en selecteer een lay-out.
Een grensalarm instellen
Grensalarmen waarschuwen u als zich binnen een
bepaalde afstand van een grens bevindt. Dit kan handig
zijn als u bepaalde gebieden probeert te ontwijken of
wanneer u in gebieden komt waar u zeer alert moet zijn,
zoals op zeeroutes.
1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Grenzen.
2 Selecteer een grens.
35