Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Een Via-Punt Maken In Het Echoloodscherm; De Weergave Van Echoloodgegevens Pauzeren; Echoloodgeschiedenis Weergeven; Echoloodgegevens Delen - Garmin Volvo Penta GLASS COCKPIT Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Volvo Penta GLASS COCKPIT:
Inhoudsopgave

Advertenties

3
Selecteer Kalibreer kompas.
4
Volg de instructies op het scherm.

Een via-punt maken in het echoloodscherm

1
Sleep het scherm of selecteer
2
Selecteer een locatie.
3
Selecteer Nieuw Via-punt of
4
Bewerk zo nodig de via-puntgegevens.
De weergave van echoloodgegevens
pauzeren
Selecteer in een echoloodweergave .

Echoloodgeschiedenis weergeven

U kunt historische echoloodgegevens in een echoloodweergave
bekijken.
OPMERKING: Niet alle transducers slaan historische
echoloodgegevens op.
1
Sleep het scherm naar rechts in een echoloodweergave.
2
Selecteer Back om de geschiedenis af te sluiten.

Echoloodgegevens delen

Deze functie is mogelijk niet op alle kaartplottermodellen
beschikbaar.
U kunt via het Garmin Marine Network de echoloodgegevens uit
alle compatibele bronnen bekijken. U kunt echoloodgegevens
bekijken uit een compatibele, externe echoloodmodule, zoals
een GCV
echoloodmodule. Bovendien kunt u de
echoloodgegevens bekijken van andere kaartplotters met een
ingebouwde echoloodmodule.
Elke op het netwerk aangesloten kaartplotter kan
echoloodgegevens afkomstig van op het netwerk aangesloten
compatibele echoloodmodules en transducers weergeven,
ongeacht waar de kaartplotters en transducers op uw boot zijn
geïnstalleerd. Op bijvoorbeeld een transducer met Garmin
ClearVü die achterin de boot is geïnstalleerd, kunt u de
echoloodgegevens bekijken via de voorin de boot geplaatste
MFD 8212.
Bij het delen van echoloodgegevens worden de waarden van
sommige echoloodinstellingen, zoals Bereik en Versterking,
gesynchroniseerd tussen de toestellen in het netwerk. De
waarden van andere echoloodinstellingen, zoals de Presentatie
instellingen, worden niet gesynchroniseerd en dienen te worden
geconfigureerd op elk afzonderlijk toestel. Bovendien worden de
schuifsnelheden van de verschillende traditionele en Garmin
ClearVü echoloodweergaven gesynchroniseerd om de gesplitste
weergaven overzichtelijker te maken.
OPMERKING: Bij gebruik van meerdere transducers tegelijk
kan radarstoring ontstaan, wat kan worden verholpen door de
echoloodinstelling Interferentie bij te stellen.

Een echoloodbron selecteren

Deze functie is mogelijk niet op alle modellen beschikbaar.
Als u meerdere echoloodgegevensbronnen gebruikt voor een
bepaalde echoloodweergave, kunt u de voor die
echoloodweergave te gebruiken bron selecteren. Als u
bijvoorbeeld twee bronnen hebt voor Garmin ClearVü, kunt u de
te gebruiken bron selecteren in de Garmin ClearVü
echoloodweergave.
1
Open de echoloodweergave waarvoor u een andere bron wilt
gebruiken.
2
Selecteer Menu > Echoloodinstelling > Bron.
3
Selecteer de bron voor deze echoloodweergave.
Viszoeker met echolood
in een echoloodweergave.
.

Naam van een echoloodbron wijzigen

U kunt de naam van een echoloodbron wijzigen om die bron
gemakkelijk te herkennen. U duidt de transducer op de boeg
van uw boot bijvoorbeeld aan met de naam "Boeg".
De naam van de bron wordt alleen voor de huidige weergave
gewijzigd. Als u bijvoorbeeld de naam van de Garmin ClearVü
echoloodbron wilt wijzigen, moet u de Garmin ClearVü
echoloodweergave openen.
1
Selecteer in de echoloodweergave Menu >
Echoloodinstelling > Bron > Wijzig naam bronnen.
2
Voer de naam in.

Het detailniveau aanpassen

U kunt het detailniveau en de ruis die op het echoloodscherm
worden weergegeven, aanpassen door de versterking aan te
passen voor traditionele transducers of door de helderheid aan
te passen voor Garmin ClearVü transducers.
Als u de signalen met de hoogste intensiteit wilt weergeven op
het scherm, kunt u de versterking of de helderheid verlagen om
signalen en ruis met een lagere intensiteit te verwijderen. Als u
alle signaalinformatie wilt weergeven, kunt u de versterking of
de helderheid verlagen om meer informatie weer te geven op
het scherm. Hiermee geeft u ook meer ruis weer, waardoor het
lastiger kan zijn om echte signalen te herkennen.
1
Selecteer in een echoloodweergave Menu.
2
Selecteer Versterking of Helderheid.
3
Selecteer een optie:
• Selecteer Voor of Achter om de helderheid handmatig te
verhogen of te verlagen.
• Selecteer een automatische optie om de versterking of de
helderheid automatisch te laten aanpassen door de
kaartplotter.

De kleurintensiteit aanpassen

U kunt de intensiteit van kleuren aanpassen en bepaalde
gebieden op het echoloodscherm markeren door de
kleurversterking voor traditionele transducers of het contrast
voor Garmin ClearVü en SideVü/ClearVü transducers aan te
passen. Deze instelling werkt het beste nadat u het niveau van
de details die op het scherm worden weergegeven, hebt
aangepast met de versterkings- of helderheidsinstellingen.
Als u kleinere vissen wilt markeren of een doel wilt weergeven
met een hogere intensiteit, kunt u de kleurversterking of de
contrastinstelling verhogen. Dit gaat ten koste van het
onderscheid tussen de signalen met een hoge intensiteit
onderaan. Als u de intensiteit van een signaal wilt verlagen, kunt
u de kleurversterking of het contrast verlagen.
1
Selecteer in een echoloodweergave Menu.
2
Selecteer een optie:
• Selecteer in de Garmin ClearVü of SideVü
echoloodweergave Contrast.
• Selecteer in een Panoptix LiveVü echoloodweergave
Kleurversterk..
• Selecteer in een andere echoloodweergave
Echoloodinstelling > Geavanceerd > Kleurversterk..
3
Selecteer een optie:
• Selecteer Voor of Achter om de kleurintensiteit
handmatig te verhogen of te verlagen.
• Selecteer Standaard als u de standaardinstelling wilt
gebruiken.
25

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave