Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Communicatie Met Draadloze Toestellen; Wi-Fi Netwerk; Het Wi-Fi Draadloos Netwerk Instellen; Een Draadloos Toestel Verbinden Met De Kaartplotter - Garmin Volvo Penta GLASS COCKPIT Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Volvo Penta GLASS COCKPIT:
Inhoudsopgave

Advertenties

4
Selecteer het gebied dat u wilt downloaden.
5
Selecteer Download.
De ActiveCaptain app downloadt de update naar het mobiele
toestel. Als u de app opnieuw verbindt met het GLASS
COCKPIT toestel, wordt de update naar het toestel
overgezet. Als de overdracht is voltooid, zijn de bijgewerkte
kaarten klaar voor gebruik.
Communicatie met draadloze
toestellen
Met de kaartplotters kunt u een draadloos netwerk opzetten,
waar draadloze toestellen een verbinding mee kunnen maken.
Voordat u een Wi‑Fi netwerk kunt opzetten, dient u de
kaartplotter te verbinden met een Wi‑Fi adapter.
Verbinding met draadloze toestellen biedt u de mogelijkheid om
Garmin apps, zoals ActiveCaptain, te gebruiken.
Wi‑Fi netwerk
Het Wi‑Fi draadloos netwerk instellen
Met de kaartplotters kunt u een Wi‑Fi netwerk opzetten,
waarmee draadloze toestellen verbinding kunnen maken. Als u
de instellingen voor het draadloze netwerk voor het eerst opent,
wordt u gevraagd om het netwerk in te stellen.
1
Selecteer Instellingen > Communicatie > Wi-Fi netwerk >
Wi-Fi > Aan > OK.
2
Voer zo nodig een naam in voor dit draadloze netwerk.
3
Voer een wachtwoord in.
U hebt dit wachtwoord nodig om via een draadloos toestel
toegang te krijgen tot het draadloze netwerk. Het wachtwoord
is hoofdlettergevoelig.

Een draadloos toestel verbinden met de kaartplotter

Voordat u een draadloos toestel kunt verbinden met het
draadloze netwerk van de kaartplotter, moet u het draadloze
netwerk van de kaartplotter configureren
netwerk instellen, pagina
6).
U kunt meerdere draadloze toestellen verbinden met de
kaartplotter om gegevens te delen.
1
Schakel op het draadloze toestel de Wi‑Fi technologie in en
scan naar draadloze netwerken.
2
Selecteer de naam van het draadloze netwerk van uw
‑ Fi draadloos netwerk instellen, pagina
kaartplotter
(Het Wi
3
Voer het netwerkwachtwoord in.

Het draadloze kanaal wijzigen

U kunt het draadloze kanaal wijzigen als u een toestel niet kunt
vinden, verbindingsproblemen hebt, of hinder hebt van
interferentie.
1
Selecteer Instellingen > Communicatie > Wi-Fi netwerk >
Geavanceerd > Kanaal.
2
Voer een nieuw kanaal in.
U hoeft het draadloze kanaal van met dit netwerk verbonden
toestellen niet te wijzigen.
De Wi‑Fi host wijzigen
U kunt wijzigen welke kaartplotter als Wi‑Fi host fungeert. Dit
kan van pas komen als u problemen hebt met Wi‑Fi
communicatie. De optie om de Wi‑Fi host te wijzigen biedt u de
mogelijkheid om een kaartplotter te selecteren die zich dichter
bij uw mobiele toestel bevindt.
1
Selecteer Instellingen > Communicatie > Wi-Fi netwerk >
Geavanceerd > Wi-Fi host.
2
Volg de instructies op het scherm.
6
‑ Fi draadloos
(Het Wi
6).

Draadloze windsensor

Een draadloze sensor verbinden met de kaartplotter

U kunt gegevens van een compatibele draadloze sensor op de
kaartplotter weergeven.
1
Selecteer Instellingen > Communicatie > Draadloze
toestellen.
2
Selecteer de windsensor.
3
Selecteer Schakel in.
De kaartplotter begint naar de draadloze sensor te zoeken en
maakt er verbinding mee.
Voeg de gegevens toe aan een gegevensveld of een meter om
gegevens van de sensor weer te geven.
De oriëntatie van de windsensor wijzigen
U dient deze instelling aan te passen als de sensor niet naar de
voorzijde van de boot is gericht, exact parallel aan de
middenlijn.
OPMERKING: De voorzijde van de sensor wordt aangegeven
door de opening waar de kabel is verbonden met de paal.
1
Bepaal de hoek, gemeten in graden met de klok mee rond de
mast, waarop de sensor is weggericht van het midden van de
voorzijde van de boot:
• Als de sensor naar stuurboord is gericht, moet de hoek
tussen 1 en 180 graden zijn.
• Als de sensor naar bakboord is gericht, moet de hoek
tussen -1 en -180 graden zijn.
2
Selecteer Instellingen > Communicatie > Draadloze
toestellen.
3
Selecteer de windsensor.
4
Selecteer Windhoekcorrectie.
5
Voer de hoek in die u in stap 1 hebt bepaald.
6
Selecteer OK.

Kaarten en 3D-kaartweergaven

Welke kaarten en 3D-kaartweergaven beschikbaar zijn, is
afhankelijk van de gebruikte kaartgegevens en accessoires.
U kunt de kaarten en 3D-kaartweergaven openen door
Grafieken te selecteren.
Navigatiekaart: Geeft alle beschikbare navigatiegegevens weer
die op de vooraf geïnstalleerde kaarten en eventuele extra
kaarten beschikbaar zijn. Deze gegevens omvatten boeien,
lichten, kabels, dieptepeilingen, jachthavens en
getijdenstations in een overheadweergave.
Perspective 3D: Biedt een panoramisch beeld van bovenaf en
van achter uw boot (in overeenstemming met uw koers) en
dient als visueel navigatiehulpmiddel. Deze weergave is
nuttig voor het navigeren rond verraderlijke ondiepten, riffen,
bruggen of kanalen en komt van pas bij het binnenvaren en
verlaten van onbekende havens of ankerplaatsen.
Mariner's Eye 3D: Biedt een gedetailleerd, driedimensionaal
beeld van bovenaf en van achter uw boot (in
overeenstemming met uw koers) en dient als visueel
navigatiehulpmiddel. Deze weergave is nuttig voor het
navigeren rond verraderlijke ondiepten, riffen, bruggen of
kanalen en komt van pas bij het binnenvaren en verlaten van
onbekende havens of ankerplaatsen.
OPMERKING: 3D-kaartweergaven zijn beschikbaar met
premiumkaarten, in sommige gebieden.
Fish Eye 3D: Geeft een panoramisch onderwaterbeeld met
visuele weergave van de zeebodem op basis van de
kaartinformatie. Als er een echolood-transducer is
aangesloten, worden zwevende doelen (zoals vissen)
aangeduid met rode, groene en gele bollen. Rood verwijst

Communicatie met draadloze toestellen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave