verwijst naar de huidige weeromstandigheden die nu
zichtbaar zijn.
Voorspellingslagen: Hiermee stelt u in welke voorspelde
weergegevens worden weergegeven.
Laagmodus: Hiermee toont u voorgestelde of waargenomen
weergegevens.
Lus: Hiermee kunt u de voorgestelde of waargenomen
weergegevens opeenvolgend (in een lus) weergeven.
Legenda: Hiermee toont u de weerlegenda, waarbij de ernst
van de omstandigheden van links naar rechts oploopt.
Weerabonnement: Hiermee toont u informatie over
weerabonnementen.
Standaardinstellingen: Hiermee herstelt u de weerinstellingen
naar de fabrieksinstellingen van het toestel.
Wijzig overlays: Hiermee wijzigt u welke gegevens worden
getoond op het scherm
pagina
3).
Instellingen voor de radaroverlay
Selecteer Menu > Lagen > Radar >
viskaart.
Selecteer in een radarscherm Menu.
Radar in standby: Hiermee stopt u de radartransmissie.
Versterking: Hiermee past u de versterking aan
op het radarscherm automatisch aanpassen, pagina
Zeeruis: Hiermee past u de zeeruis aan
radarscherm automatisch aanpassen, pagina
Radaropties: Hiermee opent u het menu met radaropties
(Radaroptiesmenu, pagina
Overige schepen: Hiermee stelt u in hoe andere schepen
worden weergegeven op de radar
schepen, pagina
11).
Radar instellen: Hiermee opent u de radarscherminstellingen
(Radarinstellingenmenu, pagina
Wijzig overlays: Hiermee wijzigt u welke gegevens worden
getoond op het scherm
pagina
3).
Kaartinstellingen
OPMERKING: Niet alle instellingen zijn van toepassing op alle
kaarten en 3D-kaartweergaven. Sommige instellingen vereisen
externe accessoires of premiumkaarten.
Selecteer Menu > Instellingen op een kaart.
Oriëntatie: Hiermee stelt u het perspectief van de kaart in.
Detail: Hiermee stelt u in hoe gedetailleerd de verschillende
zoomniveaus op de kaart worden weergegeven.
Wereldkaart: Gebruikt een normale wereldkaart of een
gearceerde reliëfkaart voor de kaart. Het verschil tussen
deze twee kaarten is alleen zichtbaar als zodanig is
uitgezoomd dat de gedetailleerde kaarten niet meer worden
weergegeven.
Startlijn: Hiermee stelt u de startlijn voor de zeilrace in.
Bijkaart: Toont een kleine kaart met uw huidige locatie in het
midden.
Instellingen voor Fish Eye 3D
OPMERKING: In sommige gebieden is deze functie
beschikbaar bij premiumkaarten.
Selecteer Menu in de Fish Eye 3D-kaartweergave.
Geef weer.: Hiermee stelt u het perspectief van de 3D-
kaartweergave in.
Sporen: Hiermee worden sporen weergeven.
Echoloodkegel: Geeft een kegel weer die het gebied aangeeft
dat onder de dekking van uw transducer valt.
12
(De gegevensoverlays aanpassen,
op de navigatie- of
(De versterking
(De versterking op het
33).
35).
(Instellingen laag Overige
35).
(De gegevensoverlays aanpassen,
Vissymbolen: Geeft zwevende doelen weer.
Ondersteunde kaarten
Garmin toestellen ondersteunen alleen officiële kaarten die zijn
geproduceerd door Garmin of door een erkende derde
producent, zodat u zich veilig weet op het water en van uw tijd in
de boot kunt genieten.
U kunt kaarten aanschaffen bij Garmin. Als u kaarten koopt bij
een andere leverancier dan Garmin, kies de leverancier dan
zorgvuldig voordat u tot aankoop overgaat. Wees vooral
voorzichtig met online leveranciers. Als de kaart die u hebt
gekocht niet wordt ondersteund, dient u deze terug te sturen
naar de leverancier.
Garmin Quickdraw Contours kaarten
Met de functie Garmin Quickdraw Contours kaarten kunnen
gebruikers kaarten genereren. Garmin doet geen uitspraken
over de nauwkeurigheid, betrouwbaarheid, volledigheid of
actualiteit van door derden gegenereerde kaarten. Elk gebruik
van of vertrouwen op door derden gegenereerde kaarten is op
eigen risico.
Met de functie voor Garmin Quickdraw Contours kaarten kunt u
kaarten met contouren en dieptelabels maken voor elk
33).
wateroppervlak.
Wanneer Garmin Quickdraw Contours gegevens vastlegt, wordt
een gekleurde cirkel rond het bootpictogram weergegeven.
Deze cirkel vertegenwoordigt bij benadering het gebied op de
kaart dat bij elke bundelbeweging wordt gescand.
Een groene cirkel geeft een goede diepte, een goede GPS-
positie en een snelheid van minder dan 16 km/u (10 mijl/u) aan.
Een gele cirkel geeft een goede diepte, een goede GPS-positie
en een snelheid tussen 16 en 32 km/u (tussen 10 en 20 mijl/u)
aan. Een rode cirkel geeft een slechte diepte of GPS-positie en
een snelheid van meer dan 32 km/u (20 mijl/u) aan.
U kunt Garmin Quickdraw Contours weergeven in een
combinatiescherm of als enkele weergave op de kaart.
De hoeveelheid opgeslagen gegevens is afhankelijk van de
grootte van uw geheugenkaart, uw echoloodbron en de snelheid
van uw boot wanneer u de gegevens opslaat. U kunt langer
vastleggen wanneer u een echolood met een enkele bundel
gebruikt. Naar schatting kunt u ongeveer 1500 uur aan
gegevens opslaan op een geheugenkaart van 2 GB.
Wanneer u gegevens vastlegt op een geheugenkaart in uw
kaartplotter, worden de nieuwe gegevens toegevoegd aan uw
bestaande Garmin Quickdraw Contours kaart en opgeslagen op
de geheugenkaart. Wanneer u een nieuwe geheugenkaart
plaatst, worden de bestaande gegevens niet overgebracht naar
de nieuwe kaart.
Water in kaart brengen met de functie
Garmin Quickdraw contouren
Voordat u de functie Garmin Quickdraw Contours kunt
gebruiken, moet u een echolooddiepte, uw GPS-positie en een
geheugenkaart met vrije ruimte tot uw beschikking hebben.
WAARSCHUWING
Garmin Quickdraw Contours kaarten