APPENDIX B
HET SCHERMWEERGAVEMENU VAN HET INTERACTIEVE FLATPANEL GEBRUIKEN
Optie
AUTOMATISCH
UITSCHAKELEN
BRIGHTNESS (HELDERHEID)
CEC (BESTURING VAN
CONSUMENTENELEKTRONICA)
HEAT STATUS (WARMTESTATUS)
FAN1 (VENTILATOR 1)
FAN2 (VENTILATOR 2)
SENSOR1 (SENSOR 1)
SENSOR2 (SENSOR 2)
FAN CONTROL (VENTILATORBESTURING)
COOLING FAN
(KOELVENTILATOR)
FAN SPEED
(VENTILATORSNELHEID)
SENSOR1 (SENSOR 1)
113
Waarden
Functie
15–240
Stelt wanneer het interactieve
flatpanel automatisch
uitschakelt (in minuten)
0–100
Stelt de helderheid van het
welkomstscherm
ENABLE
Schakelt ondersteuning van
(INSCHAKELEN)
consumentenelektronicabesturi
ng op HDMI-invoeren in of uit
DISABLE
(UITSCHAKELEN)
[n.v.t.]
Toont de status van de eerste
ventilator
[n.v.t.]
Toont de status van de tweede
ventilator
[n.v.t.]
Toont de temperatuur die door
de eerste sensor is
waargenomen
[n.v.t.]
Toont de temperatuur die door
de tweede sensor is
waargenomen
ON (AAN)
Stelt de ventilator in
voortdurende werking (ON) of
AUTO
alleen in werking wanneer de
(AUTOMATISCH)
sensortemperatuur hoger is
dan de optimale
sensortemperatuur (AUTO)
LOW (LAAG)
Stelt de snelheid van de
ventilator
HIGH (HOOG)
35–55
Stelt de optimale temperaturen
voor de eerste sensor (in
graden Celsius)
Aantekeningen
(indien van
toepassing)
U kunt deze optie
alleen wijzigen indien
u ENABLE
(INSCHAKELEN) in
PROXIMITY
(NABIJHEID)
selecteert.
De optie is niet
toepasbaar op het
SMART Room System.
Wijzig de
standaardwaarde
niet.
De optie is niet
toepasbaar op het
SMART Room System.
Wijzig de
standaardwaarde
niet.
Deze optie geeft
alleen informatie. U
kunt deze niet
wijzigen.
Deze optie geeft
alleen informatie. U
kunt deze niet
wijzigen.
Deze optie geeft
alleen informatie. U
kunt deze niet
wijzigen.
Deze optie geeft
alleen informatie. U
kunt deze niet
wijzigen.