RUITENWISSER, RUITENSPROEIER VOOR
n
Ruitenwisser voor
Contact aan, verplaats de scha-
kelaar 1:
A uit;
B wissen met intervallen:
De wissers vegen met tussenpozen van
enkele secondes. Afhankelijk van de
auto, is de duur van het interval te rege-
len door het uiteinde van de ruitenwisser-
schakelaar 2 te verdraaien;
C langzaam continu wissen;
D snel continu wissen.
1.62
1
A
B
C
D
1
Bijzonderheid
Als u tijdens het rijden de hoge wissnelheid
geselecteerd heeft, gaat deze als de auto stil
staat over naar de lage wissnelheid:
Zodra de auto weer gaat rijden, beginnen
de wissers weer met de oorspronkelijk inge-
stelde snelheid te werken.
Als u de schakelaar 1 in een andere stand
zet, schakelt u daarmee dit automatisme uit.
(1/2)
2
Bij stilstaande auto, als het mechanisme
is geblokkeerd (bijvoorbeeld doordat de
wisserbladen zijn vastgevroren aan de
voorruit) wordt de voeding van de ruiten-
wissermotor automatisch uitgeschakeld.