CAMERA INST. menu (vervolg)
SUPER NS (Super NightShot)
Het beeld wordt opgenomen met maximaal
16 keer de gevoeligheid van opnemen met
de functie NightShot als u [SUPER NS]
instelt op [AAN] terwijl de schakelaar
NIGHTSHOT (p. 25) ook op ON is gezet.
en ["SUPER NIGHTSHOT"]
verschijnen op het scherm.
Als u wilt terugkeren naar de normale
instelling, zet u [SUPER NS] op [UIT] of
zet u de schakelaar NIGHTSHOT op OFF.
b Opmerkingen
• Gebruik NightShot/[SUPER NS] niet in heldere
omgevingen. Dit kan een storing veroorzaken.
• Bedek de infraroodpoort niet met uw vingers of
andere voorwerpen (p. 111).
• Verwijder de voorzetlens (optioneel) en het
lenskapje.
• Pas de scherpstelling handmatig aan ([FOCUS],
p. 46) als er moeilijk automatisch kan worden
scherpgesteld.
• De sluitertijd van de camcorder wordt gewijzigd
afhankelijk van de helderheid. Op dit moment
kan de beweging van het beeld worden
vertraagd.
NS LAMP (NightShot-lamp)
Wanneer de functie NightShot (p. 25) of
[SUPER NS] (p. 48) gebruikt om op te
nemen, kunt u helderdere beelden opnemen
door [NS LAMP], waarmee infraroodlicht
wordt uitgestraald (onzichtbaar), in te
stellen op [AAN] (de standaardinstelling).
b Opmerkingen
• Bedek de infraroodpoort niet met uw vingers of
andere voorwerpen (p. 111).
• Verwijder de voorzetlens (optioneel) en het
lenskapje.
• De maximale opnameafstand met [NS LAMP]
is ongeveer 3 m.
48
COLOR SLOW S (Color Slow
Shutter)
Wanneer u [COLOR SLOW S] instelt op
[AAN], kunt u een beeld helderder
opnemen in kleur, zelfs in donkere
omgevingen.
en [COLOR SLOW SHUTTER]
verschijnen op het scherm.
Als u [COLOR SLOW S] wilt annuleren,
raakt u [UIT] aan.
b Opmerkingen
• Pas de scherpstelling handmatig aan ([FOCUS],
p. 46) als er moeilijk automatisch kan worden
scherpgesteld.
• De sluitertijd van de camcorder wordt gewijzigd
afhankelijk van de helderheid. Op dit moment
kan de beweging van het beeld worden
vertraagd.
ZEBRA
Diagonale strepen verschijnen in delen van
het scherm waar de helderheid gelijk is aan
een vooraf ingesteld niveau.
Deze optie is handig als richtlijn wanneer u
de helderheid aanpast. Als u de
standaardinstelling wijzigt, wordt
weergegeven. Het zebrapatroon wordt niet
opgenomen.
B UIT
Het zebrapatroon wordt niet weergegeven.
70
Het zebrapatroon wordt weergegeven bij
een helderheidsniveau op het scherm van
ongeveer 70 IRE.
100
Het zebrapatroon wordt weergegeven bij
een helderheidsniveau op het scherm van
ongeveer 100 IRE of hoger.
b Opmerkingen
• Gedeelten van het scherm waar de helderheid
ongeveer 100 IRE of hoger is, kunnen
overbelicht lijken.