OPMERKINGEN
• Als u de witbalans handmatig instelt:
8
- Stel 7
- Reset de witbalans als u van locatie wisselt of wanneer de verlichting
of andere omstandigheden veranderen.
- Afhankelijk van de lichtbron blijft g mogelijk knipperen. Het resultaat
zal echter nog steeds beter zijn dan met de optie [Y Auto].
• De handmatig aangepaste witbalans levert betere resultaten op in de
volgende gevallen:
- Bij veranderende lichtomstandigheden
- Bij close-ups
- Bij onderwerpen met één kleur (lucht, zee of bos)
- Onder kwiklampen en bepaalde typen TL-verlichting
• Afhankelijk van het type TL-licht kunt u met [e TL-licht] of [f TL-licht
H] wellicht geen optimale kleurbalans bereiken. Indien de kleuren
onnatuurlijk zijn, selecteer dan [Y Auto] of [g Aangep.WB].
Beeldeffecten
Voor het maken van speciale films en foto's met speciale kleureffecten
kunt u gebruik maken van de beeldeffecten om de kleurverzadiging en
het contrast bij te stellen.
Bedieningsstanden:
WAAR U OP MOET LETTEN
• Selecteer een ander opnameprogramma dan het opnameprogramma
van de Speciale Scènes.
8
[FUNC.]
Gewenste optie*
* Als u [Z Aangepast effect] selecteert, stel dan met de volgende procedure
handmatig het effect in voordat u [a] aanraakt.
Het effect handmatig aanpassen
1 Raak [U], [V] of [W] aan om het gewenste niveau van de optie
[Kleurverzadiging] in te stellen.
2 Raak [y] of [A] aan om [Scherpte], [Contrast] en [Helderheid] te
selecteren en de niveaus hiervan op dezelfde wijze in te stellen.
74
Video
[Dig. Zoom] in op [B Uit].
8
7/8
[MENU]
8
[a]
8
[Beeldeffecten]
8