• Spoel de opgeloste vervuilingen af na de ontkalker ca. 20
minuten te hebben laten inwerken. Om de spiralen te reinigen
kunt u een borstel gebruiken met kunststof haar. Gebruik geen
metallisch gereedschap of dergelijk materiaal. Vermijd dat
grotere hoeveelheden water rechtstreeks op de isolatiemat
aan de achterkant van de warmtewisselaar terechtkomen om
deze niet te beschadigen.
10.4.3
Condensatiewarmtewisselaar ontkalken
Beschadigingsgevaar!
b
Draai de afsluitkranen achter de evenwichtsfl es
dicht. Het toestel mag alleen water aanvoeren via de
evenwichtsfl es, niet rechtstreeks in het systeem!
• Maak het toestel leeg (zie hfdst. 10.3.2).
• Verwijder de ontluchter van de luchtafscheider.
• Vul het kalksteenoplossende middel (ET 990098) via de open
aansluiting van de ontluchter in het toestel.
• Breng de ontluchter weer op de luchtafscheider aan.
• Vul het toestel met zuiver water tot de maximale nominale
druk.
• Vergewis u ervan dat de toestelpomp tijdens het proces een
constant debiet afl evert.
• Start het toestel in de schoorsteenvegermodus door de
knoppen "+" en "-" gelijktijdig in te drukken. Het toestel werkt
alleen in de toestelkring via de evenwichtsfl es!
• Laat de ontkalker tijdens de schoorsteenvegermodus ca. 30
min. inwerken.
Laat de toestelkring tweemaal de
i
schoorsteenvegercyclus doorlopen
(= 30 minuten). Na 15 minuten moet u de
schoorsteenvegercyclus nog eens starten.
• Spoel de toestelkring en het toestel grondig met zuiver water
uit.
• Vul na de spoeling de toestelkring weer tot de nominale druk
wordt bereikt (zie Hfdst. 8.1).
• Open de afsluitkranen in de leiding naar het
verwarmingssysteem en vul indien nodig de cv-installatie bij.
10.4.4
Brander controleren
Afb. 10.4 Brander controleren
0020214562_00 - 04/15 - Bulex
1
2
3
De brander (2) is onderhoudsvrij en hoeft niet gereinigd te
worden.
• Controleer het oppervlak van de brander op beschadigingen,
vervang eventueel de brander.
• Hermonteer na het controleren/vervangen van de brander
de compacte thermomodule, zoals beschreven in paragraaf
10.4.5.
10.4.5
Compacte thermomodule inbouwen
Afb. 10.3 Vervanging van de dichtingen en de isolatie van de branderdeur
Gevaar voor verbranding en beschadiging door het
b
ontsnappen van hete verbrandingsgassen!
De silicone dichting (1) en het silicaatsnoer (2) op de
compacte thermomodule moet u in elk geval bij elk
onderhoud vervangen. De isolatie van de branderdeur
(3) mag geen beschadiging vertonen; anders moet u
die eveneens vervangen.
ONDERHOUD
1
2
1
2
3
- 35 -