Functietoetsen
1. Automatische draadinsteker
2. Steek opnieuw starten
3. Snelheid - en +
4. Naaldstop boven/onder
Automatische draadinsteker
Zie De automatische draadinsteker gebruiken, pagina 35 om
te leren hoe de draad te plaatsen voor automatisch inrijgen.
Als de draad op zijn plaats ligt, drukt u op deze toets om de
draad automatisch in de naald te rijgen.
Om schade aan de automatische draadinsteker, de naald,
naaivoet of andere bevestigde accessoires te voorkomen, leest u
aandachtig de instructies over het gebruik van de automatische
draadinsteker voordat u deze gebruikt.
Steek opnieuw starten
Wanneer u stopt met naaien in het midden van een steek,
drukt u op steek opnieuw starten om te beginnen met naaien
aan het begin van de steek. De steek of het steekprogramma
onthoudt eventuele speciale instellingen die u hebt gemaakt.
Snelheid - en +
Alle steken en borduurmotieven in uw machine hebben een
vooraf ingestelde maximaal toegelaten naaisnelheid voor een
goed steekresultaat.
Druk op snelheid - om de maximaal toegelaten naaisnelheid
te verlagen. Druk op snelheid + om de maximaal toegelaten
naaisnelheid weer te verhogen. De machine zal nooit sneller
naaien dan de maximaal toegelaten naaisnelheid voor de
geselecteerde steek/borduurmotief. Als u op snelheid - of +
drukt wanneer de machine niet in werking is, geeft een pop-
up op het scherm de snelheidsinstelling weer. U kunt de
snelheid instellen door te drukken op de schuif in het pop-
upbericht of door op de toetsen snelheid - of + te drukken.
Als u de ingestelde snelheid wijzigt tijdens het naaien,
verschijnt er geen pop-upbericht.
5. Afsnijfunctie
6. Achteruitnaaien
7. Start/stop
8. FIX-functie
Naaldstop boven/onder
Druk op naaldstop boven/onder om de positie van de naald
in te stellen wanneer u stopt met naaien. De naald gaat
omhoog of omlaag als u op de knop drukt. Het
indicatielampje brandt als naaldstop onder is ingesteld.
Tip: Natuurlijk kunt u ook het voetpedaal gebruiken om de naald
omhoog of omlaag te brengen wanneer u stopt met naaien. Het gebruik
van het voetpedaal verandert de ingestelde stoppositie niet.
Afsnijfunctie
Als u op de afsnijfunctietoets drukt, snijdt uw naaimachine de
boven- en onderdraad af, brengt de naaivoet en de naald
omhoog en activeert de FIX-functie voor de volgende start.
Om draden aan het einde van een steek of steekprogramma af
te snijden, drukt u op de afsnijfunctietoets tijdens het naaien.
Het indicatielampje gaat knipperen om aan te geven dat de
draden moeten worden afgesneden. Als de steek of het
steekprogramma is voltooid, snijdt uw naaimachine de boven-
en onderdraad af, brengt de naaivoet en de naald omhoog en
activeert de FIX-functie voor de volgende start.
Let op: Als automatisch FIX en selecteerbare persvoetlichter zijn
gedeselecteerd in de tijdelijke naai-instellingen, wordt de FIX-functie niet
geactiveerd en wordt de naaivoet niet omhoog gebracht bij gebruik van de
afsnijfunctie.
Druk op de afsnijfunctietoets tijdens het borduren en uw
machine snijdt onmiddellijk de boven- en onderdraad af.
1 Inleiding
9. STOP-functie
10. Achteruit (dezelfde functies als #6)
11. Naaivoet omlaag en draaistand
12. Naaivoet omhoog en extra hoog
Sommige optionele accessoires worden bevestigd in de twee
ronde gaatjes in de steekplaat vlak boven het spoelhuisdeksel.
Gebruik de afsnijfunctie niet als er een accessoire in deze
gaatjes is bevestigd, omdat dit de automatische draadafsnijder
die onder de steekplaat zit in de weg kan zitten.
13