3. Opnamemodussen
Foto's maken die overeenkomen met de scène
die opgenomen wordt
Opnamefunctie:
Als u een scène selecteert die overeen moet komen met het onderwerp en de
opname-omstandigheden, zal de camera de optimale belichting, kleur en focus instellen
en u zo in staat stellen een opname te maken die passend is voor de scène.
1
Zet de modusknop op [
2
Druk op 2/1 om de scène te selecteren.
• De scène kan ook geselecteerd worden door een
voorbeeldbeeld of de schuifbalk te verslepen.
3
Op [MENU/SET] drukken.
• Het is ook mogelijk om het selectiescherm weer te geven door op
het opnamescherm de icoon van de opnamemodus aan te raken.
• Om de Scene Guide modus te veranderen, selecteert u de [
selecteert u [Scène wijzigen] en drukt u vervolgens op [MENU/SET]. U kunt terugkeren naar
2
stap
op P76.
• De volgende items kunnen niet ingesteld worden in de Scene Guide modus omdat het toestel
ze automatisch op de optimale instelling zet.
– Items anders dan de instelling van de beeldkwaliteit in [Fotostijl]
– [Gevoeligheid]
– [Filterinstellingen]
– [Meetfunctie]
– [Schaduw markeren]
– [HDR]
– [Multi-belicht.]
• Ofschoon de witbalans voor bepaalde scènes vast op [AWB] staat, kunt u de witbalans
afstemmen of witbalans bracketing
cursortoets 1 te drukken.
• Afhankelijk van de scène kan het opnamescherm er uitzien alsof frames ontbreken.
(Scene Guide modus)
].
(P110)
gebruiken door op het opnamescherm op de
76
]-tab op het menuscherm,
8
(P109)