10. Gebruik van de Wi-Fi-functie
Na verbinding gemaakt te hebben met een Wi-Fi-netwerk, kunt u de volgende
handelingen uitvoeren door op [Wi-Fi] te drukken:
[Verbinding beëindigen]
[Doelapparaat wijzigen]
[Instellingen wijzigen voor
versturen]
¢2
[Huidig apparaat in favorieten
¢1
registreren]
[Netwerkadres]
¢1 Deze items worden niet weergegeven als u het weergegeven beeld naar een webdienst
stuurt door op 4
¢2 Dit wordt niet weergegeven als de bestemming van [Op afstand opnemen en weergeven],
[Weergeven op tv] of [Afbeeldingen versturen van camera] op [Printer] gezet is.
∫
Beschrijvingsmethode
Als "selecteer [Selecteer doelapparaat uit
geschiedenis]", enz. in een stap beschreven wordt, voer
dan ongeacht welke van de volgende handelingen uit.
Knopbediening:
Aanraakbediening: Raak [Selecteer doelapparaat uit
• De camera kan niet gebruikt worden voor verbinding aan een openbare draadloze LAN-verbinding.
• Gebruik een met IEEE802.11b, IEEE802.11g of IEEE802.11n compatibele inrichting wanneer
u een draadloos toegangspunt gebruikt.
• Wanneer u een draadloos toegangspunt gebruikt, raden wij ten zeerste aan een versleuteling
in te stellen om de veiligheid van de informatie te handhaven.
• Er wordt aangeraden een geheel opgeladen batterij te gebruiken wanneer u beelden verzendt.
• Wanneer het batterijlampje rood knippert, zou de verbinding met andere apparatuur niet
kunnen starten of zou de verbinding verbroken kunnen worden.
(Er wordt een bericht afgebeeld zoals [Communicatiefout].)
• Wanneer u beelden verstuurt op een mobiel netwerk, kunnen er hoge pakketcommunicatiekosten in
rekening gebracht worden afhankelijk van de details van uw contract.
• Beelden zouden niet geheel verstuurd kunnen worden afhankelijk van radiogolfcondities. Als
de verbinding afgebroken wordt terwijl er beelden verstuurd worden, zouden er beelden
verstuurd kunnen worden waar stukken aan ontbreken.
• Verwijder de geheugenkaart en de batterij niet naar een zone waar geen ontvangst is
terwijl u beelden verstuurt.
Eindigt de Wi-Fi-verbinding.
Eindigt de Wi-Fi-verbinding en stelt u in staat om een
¢1
andere Wi-Fi-verbinding te kiezen.
Raadpleeg
Als u de huidige bestemming van de verbinding of de
verbindingsmethode registreert, kunt u de volgende keer
de verbinding gemakkelijk tot stand brengen met dezelfde
verbindingsmethode.
Toont het MAC-adres en het IP-adres van dit toestel.
(P284)
te drukken.
Selecteer [Selecteer doelapparaat uit
geschiedenis] met de cursorknop en
druk vervolgens op [MENU/SET].
geschiedenis] aan.
P275
voor details.
261