10. Gebruik van de Wi-Fi-functie
Beelden in de camera naar een SNS versturen
1
Maak verbinding met een smartphone.
(P263)
2
Bedien de smartphone.
1 Selecteer [
• U kunt de weer te geven beelden
omschakelen door de icoon (A)
linksboven op het scherm te
selecteren. Om de beelden weer te
geven die in de camera opgeslagen
zijn, selecteert u [LUMIX].
2 Raak een beeld aan, blijf het
aanraken en versleep het om het
naar een SNS, enz. te sturen.
• Het beeld wordt naar een
web-service zoals een SNS
verstuurd.
Toevoegen van locatie-informatie afkomstig van de smartphone/tablet
op beelden die in de camera opgeslagen zijn
U kunt locatie-informatie die met een smartphone verkregen is naar de camera versturen.
Na het versturen van de informatie kunt u deze ook op de beelden schrijven die in
de camera bewaard worden.
• Is de locatie-informatie eenmaal naar de camera gezonden, dan kunt u deze op beelden
schrijven door [Locatie vermelden]
GPS
• Er kan locatie-informatie geschreven worden die anders is dan die op het moment van de
opname. Houd rekening met de volgende punten:
– Zet de [Home]-instelling van de camera in [Wereldtijd] op uw regio.
– Bent u eenmaal begonnen met het opnemen van de locatie-informatie met uw smartphone,
verander dan niet de [Home]-instelling in [Wereldtijd] in uw camera.
• De locatie-informatie kan niet op beelden geschreven worden die opgenomen werden zonder
dat de klok ingesteld was.
].
(P241)
in het [Afspelen]-menu ten uitvoer te brengen.
A Start het opnemen van de
locatie-informatie
B Start opnemen beelden
C Eindig opnemen
locatie-informatie
D Versturen en schrijven van
locatie-informatie
269