6. Stabilisator, zoom en flitser
Beschikbare flitsinstellingen voor de opnamefuncties
∫
De beschikbare flitsinstellingen zijn afhankelijk van de opnamefuncties.
(±: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar, ¥: Begininstelling voor de Scene Guide modus)
Programma AE-modus
Lensopening-Prioriteit AE-modus
Sluiter-Prioriteit AE-modus
Handmatige Belichtingsmodus
[Geprononceerd portret]
[Zachte huid]
[Zacht tegenlicht]
[Scherp tegenlicht]
[Ontspannen atmosfeer]
[Kindergezicht]
[Landschap]
[Blauwe lucht]
[Romantische zonsondergang]
[Levendige zonsondergang]
[Glinsterend water]
[Heldere nachtopname]
Scene Guide
[Koele nachtopname]
modus
[Warme nachtopname]
[Artistieke nachtopname]
[Fonkelende verlichting]
[Nachtop. uit hand]
[Nachtportret]
[Bloemen]
[Gerechten]
[Desserts]
[Bewegende dieren]
[Sport]
[Monochroom]
• In de Intelligente Auto modus (
• De flitserinstelling van de Scene Guide modus komt weer op de beginwaarde te staan bij
iedere verandering van scène.
Opnamefunctie
of
‰
±
±
±
±
—
¥
—
±
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
¥
¥
¥
¥
¥
¥
) zal de flitser op [
152
±
±
±
—
—
±
¥
—
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
—
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
±
±
±
] of [Œ] gezet worden.
Œ
±
±
±
±
¥
±
¥
±
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
±
±
±
±
±
±
±
(P62)