8-BEVEILIGINGEN EN ALARMEN
DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN
Het product is uitgerust met de volgende veiligheidsvoorzieningen:
TEMPERATUURSONDE ROOK
Meet de temperatuur van de rookgassen en geeft toestemming om het product te starten, of stopt het als de temperatuur van de rookgassen
onder de van te voren ingestelde waarde daalt.
TEMPERATUURSONDE VOORRAADBAK PELLETS
Als de temperatuur de ingestelde veiligheidswaarde overschrijdt, wordt de werking van het product onmiddellijk gestopt en om te herstarten
moet de sonde pas gereset worden nadat het product afgekoeld is.
TEMPERATUURSONDE VAN DE KETEL (ALARM A18)
Als de watertemperatuur de blokkeertemperatuur nadert (95°C), wordt het product uitgeschakeld.
TEMPERATUURSONDE WATER (ALARM A17)
Wanneer de watertemperatuur de 80°C bereikt, begint het product het vermogen geleidelijk te verlagen tot 85°C. Als de 85°C overschreden
worden, vindt een veiligheidsuitschakeling plaats; het product wordt weer ingeschakeld wanneer de juiste koeling van de structuur bereikt is.
ELEKTRISCHE BEVEILIGING
Het product wordt door een hoofdzekering beveiligd tegen sterke stroomschommelingen. Deze zekering bevindt zich in het voedingspaneeltje
op de achterkant van het product. Er zijn andere zekeringen voor de beveiliging van de elektronische kaarten op deze kaarten zelf gesitueerd.
ROOKVENTILATOR KAPOT
Als de ventilator stopt met werken, blokkeert de elektronische kaart zo snel mogelijk de toevoer van pellets en wordt het alarm weergegeven.
REDUCTIEMOTOR KAPOT
Als de reductiemotor stopt met werken, blijft het product functioneren tot het minimumniveau van de koeling wordt bereikt.
TIJDELIJKE STROOMONDERBREKING
Als zich tijdens de werking een stroomonderbreking voordoet, zal het product wanneer de stroom weer wordt ingeschakeld in de modaliteit
van de afkoeling gesteld worden en vervolgens automatisch opnieuw ingeschakeld worden.
GEEN ONTSTEKING
Als tijdens de inschakeling geen vlam ontstaat, treedt het product in alarm.
ANTIVRIESFUNCTIE
Als de sensor in de kachel een watertemperatuur meet die lager is dan 5°C, wordt de circulatiepomp automatisch ingeschakeld om te
voorkomen dat de installatie bevriest.
ANTIBLOKKEERFUNCTIE POMP
Als de pomp langere tijd niet werkt, wordt hij met regelmatige tussenpozen 1 minuut per 24 uur ingeschakeld om te voorkomen dat hij
geblokkeerd raakt.
HET IS VERBODEN DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN ONKLAAR TE MAKEN.
Pas nadat de oorzaak van de inwerkingtreding van het veiligheidssysteem verholpen is, kan het product weer ingeschakeld
worden zodat de automatische werking van de sonde wordt hersteld. Om te weten welke storing zich voordeed, moet deze
handleiding geraadpleegd worden; voor elk alarmbericht wordt uitgelegd hoe gehandeld moet worden om het probleem op
te lossen.
52