4 Installatie
NL
Afb. 6:
Afdichtingsframe op dakplaat
Plak de meegeleverde afdichtingsplaat op de bodem
van de warmtewisselaar.
Monteer de lucht/water-warmtewisselaar op het dak
van de behuizing.
Draai de meegeleverde dubbele schroefdraadbouten
in de boringen van de kunststof bodemplaat aan de
onderzijde van het warmtewisselaar.
Bevestig de warmtewisselaar met de meegeleverde
ringen en moeren.
Opmerking:
Om een duurzame afdichting tussen lucht/
water-warmtewisselaar en behuizing te reali-
seren, dient het montageoppervlak eventueel
te worden verstevigd of ondersteund.
Dit geldt vooral bij grote dakoppervlakken.
Afb. 7:
Dakplaatversteviging bij TS 8 kast
8
Toebehoren voor dakplaatversteviging bij TS (zie
ook Toebehoren in het Rittal Handboek):
– Montagerail
– Schuifmoer
– Montage-bevestigingsprofiel
– Insteekmoer
4.3.4
Condensaatafvoer aansluiten
Aan de lucht/water-warmtewisselaar kunt u een flexibele
condensafvoerslang, Ø 12 mm (½") monteren.
De condensaatafvoer
– dient met het juiste verval te zijn aangebracht (geen si-
fonvorming)
– dient knikvrij te zijn
– mag bij een verlenging niet in doorsnede zijn geredu-
ceerd.
De condensslang is leverbaar als toebehoren (zie ook
Toebehoren in het Rittal Handboek).
1
2
3
Afb. 8:
Condensafvoer aan de binnenzijde van de warmtewis-
selaar aansluiten
Legenda
1
Koelwateraansluiting (toevoer)
2
Koelwateraansluiting (retour)
3
Condensafvoer
Sluit vanaf de rechter- of achterzijde een geschikte
slang aan op de in de warmtewisselaar aangebrachte
slangaangluiting en zet de slang met behulp van een
slangklem vast (aanhaalmoment 2 Nm).
Plaats de condensslang bijv. in een afvoer.
Als alternatief kan de condensafvoer ook aan de achter-
zijde van de warmtewisselaar worden aangesloten.
Ga hiervoor te werk zoals wordt beschreven in para-
graaf 4.4.2 "Montage aan de achterzijde van de warm-
tewisselaar" beschrieben verfahren.
Opmerking:
Gebruik om het knikken van de condensaf-
voerslang te voorkomen de meegeleverde
hoekkoppeling.
Rittal Lucht/water-warmtewisselaar