4.4.3
Armleuning instellen
De armleuningen zijn traploos in de hoogte verstelbaar.
1. Draai de kartelwieltjes (Afb. 21/2, Afb. 22/2, Afb. 24/2) linksom.
2. Breng de armleuning tot de gewenste stand.
3.
Meer gegevens over de bediening/instelling van de chauffeurs- en passagiersstoel
4.4.4
Stoelverwarming (optionele uitrusting)
De bedieningsschakelaar bevindt zich aan de bestuurders-/bijrijdersstoel.
Afb. 25
Stoelverwarming inschakelen:
1. De regelaar (Afb. 25/1) in de gewenste stand zetten.
4.5
Zitplaatsindeling
Tijdens het rijden mogen de personen alleen op de voorgeschreven stoelen gaan
Op zitplaatsen met veiligheidsgordels moeten de veiligheidsgordels worden
Zitplaatsen die tijdens het rijden kunnen worden gebruikt, zijn van een sticker
CAR-0000-02NL_V02
Zo wordt de vergrendeling van de armleuning ontgrendeld.
Draai het gekarteld wieltje met de wijzers van de klok mee tot aan de aanslag.
vindt u in de bijgevoegde gebruiksaanwijzing van de voertuigfabrikant.
Stoelverwarming
zitten. Het toelaatbare aantal zitplaatsen vindt u in de voertuigdocumentatie
(nummer 12).
vastgemaakt.
voorzien.
Tijdens het rijden
4
45