2
Veiligheidsinstructies
2.2
Algemene veiligheidsinstructies
Zorg voor voldoende ventilatie. Ingebouwde geforceerde ventilatie (dakluiken met
Houd rekening met de doorgangshoogte van de toegangsdeur en de
Voor de inbouwapparatuur (gasverwarming, kookplaat, koelkast enz.) en voor het
Door het toevoegen van accessoires en inbouwen van speciale uitrustingen
Gebruik alleen velgen en banden die voor de camper zijn toegestaan. De maten
Zet de camper bij het parkeren op de parkeerrem.
Bij het verlaten van het voertuig alle deuren, buitenkleppen en ramen sluiten.
Volgens DIN 13 164 is het wettelijk verplicht een gevarendriehoek en een
Vanaf een toelaatbaar totaalgewicht van 3,5 t moet een alarmknipperlicht
Bij de verkoop van de camper de volledige bedieningshandleidingen van de
Veiligheidsvesten volgens de toepasselijke wettelijke regelgeving meenemen. De
Alle waarschuwingssystemen moeten goed werken.
2.3
Brandveiligheid
2.3.1
Brandpreventie
Laat kinderen nooit alleen in de camper achter.
Houd brandbare materialen uit de buurt van verwarmings- en kooktoestellen.
Lampen kunnen bijzonder heet worden. Houd altijd een veiligheidsafstand van 30
Gebruik nooit draagbare verwarmings- en kooktoestellen.
Wijzigingen aan de elektrische installatie, gasinstallatie of de inbouwapparatuur
12
Dit symbool staat voor daarvoor bedoelde zitplaatsen met veiligheidsgordel
overeenkomstig nummer 12 van de voertuigdocumenten.
geforceerde ventilatie of dakventilatoren) nooit afdekken, bijv. met een winterdek,
of afsluiten. Houd de geforceerde ventilatie vrij van sneeuw en bladeren.
bestuurdersdeur.
basisvoertuig (motor, remmen enz.) zijn de toepasselijke besturings- en
bedieningshandleidingen beslissend. Absoluut in acht nemen!
kunnen de afmetingen, het gewicht en het rijgedrag van de camper veranderen. De
aangebouwde onderdelen moeten deels in de voertuigpapieren worden
opgenomen.
van de goedgekeurde velgen en banden vindt u op de voertuigpapieren.
verbanddoos in het voertuig te hebben.
meegenomen worden.
camper en de inbouwapparatuur aan de nieuwe eigenaar meegeven.
veiligheidsvesten moeten aan de norm DIN EN 471:2003+A1:2007 of EN ISO
20471:2013 voldoen.
cm aan.
mogen alleen door geautoriseerde service-werkplaatsen worden uitgevoerd.
CAR-0000-02NL_V02