de collector te koelen. De pomp wordt uitgeschakeld als de waarde "KS Toff" op de collector niet wordt gehaald of als de waarde "KS
Tmax Sp." op de buffertank of KS SB Max op het bassin wordt overschreden.
Systeembeveiliging gaat voor collectorbeveiliging! Zelfs als de schakelaarvereisten voor de collectorbescherming aanwezig
zijn, wordt de solarcirculatiepomp uitgeschakeld als "AS T on" is bereikt. Onder normale omstandigheden zijn de waarden
van de systeembescherming (afhankelijk van de maximumtemperatuur van de buffertank of andere componenten) hoger dan
die van de collectorbescherming.
Herkoeling
Bij hydraulische solarinstallaties wordt, mits de retourkoelingfunctie geactiveerd is, overtollige energie uit de buffertank teruggestuurd
naar de collector. Dit gebeurt alleen,als de temperatuur in de buffertank hoger is dan de waarde "Return cooling Tref", de collector min-
stens 20°C kouder is dan de buffertank en totdat de buffertanktemperatuur is teruggelopen tot de waarde "Return cooling Tref". Voor sys-
temen met meerdere buffertanks geldt de retourkoeling voor alle buffertanks.
Door deze functie gaat energie verloren door de collector! Herkoelen mag alleen in uitzonderingsgevallen worden geac-
tiveerd, met lage warmteacceptatie, bijvoorbeeld tijdens vakantie.
Vorstbescherming
Er kan een 2-traps vorstbeschermingsfunctie worden geactiveerd. Op niveau 1 schakelt de regelaar de pomp elk uur gedurende 1
minuut in als de collectortemperatuur onder de ingestelde waarde "Frost Level 1" valt. Als de collectortemperatuur nog verder daalt tot
de ingestelde waarde "Frost Level 2", schakelt de regelaar de pomp direct in. Als de collectortemperatuur de waarde "Frost Level 2"
overschrijdt met 2°C, schakelt de pomp weer uit.
Door deze functie gaat energie verloren door de collector! Normaal gesproken wordt hij niet geactiveerd voor solarsystemen
met antivries. De bedrijfshandleidingen van de andere systeemcomponenten moeten in acht worden genomen.
Antiblokkeerbeveiliging
Als de antiblokkeerbeveiliging is geactiveerd, schakelt de regelaar de warmtepomp en de mixer 5 seconden in/uit om 12:00 uur 's mid-
dags of wekelijks op zodat om 12:00 uur om vastlopen van de pomp/klep na lange inactieve periodes te voorkomen.
Collectoralarm
Als deze temperatuur aan de collectorsensor bij lopende solarpomp overschreden wordt, wordt een waarschuwing of foutmelding geac-
tiveerd. Een bijbehorende waarschuwing wordt weergegeven op het scherm.
6. Speciale functies
Programmaselectie
Hier wordt de hydraulische variatie die past bij de betreffende toepassing geselecteerd en ingesteld.
Programmaselectie vindt normaal gesproken slechts eenmaal plaats tijdens het voor de eerste keer opstarten van onder-
houd door een specialist. Een onjuiste programmaselectie kan leiden tot onvoorspelbare fouten.
Pompinstellingen
In dit menu kunnen instellingen voor de 0-10V of de pomp worden gemaakt.
18
Wordt gebruikt voor het instellen van basisitems en uitgebreide functies.
De instellingen in dit menu mogen uitsluitend worden gewijzigd door een
specialist.