Ruimte voor printerbenodigdheden
1
1
Voorste toegangsklep – Geeft toegang tot de inktcartridges en vastgelopen papier.
Deze klep moet dicht zijn om te kunnen beginnen met afdrukken.
2
Inktcartridgeklemmen – Klap deze klemmen open om de inktcartridges gemakkelijk te
verwijderen of te plaatsen.
3
Inktcartridgehouders – Bevatten de inktcartridges.
Bedieningspaneel
1
2
2
Statuslampje batterij – Geeft de status van de batterij aan:
•
Rood - batterij minder dan 10% opgeladen
•
Oranje - batterij 10% tot 40% opgeladen
•
Groen - batterij 41% tot 100% opgeladen
•
Brandt niet als de optionele batterij niet is geïnstalleerd of niet is gedetecteerd.
Batterijlampje – Brandt oranje wanneer de batterij wordt opgeladen. Brandt rood
wanneer de batterij defect is.
3
De onderdelen van de printer kennen
11