STARTEN MET ZAAIEN
De startprocedure is ZEER belangrijk. Als deze procedure niet wordt uitgevoerd als hieronder is
beschreven, kunnen er serieuze beschadigingen aan de machine ontstaan. De procedure is als volgt.
1. Breng het zaad in de zaadbak.
2. Stel de gewenste zaaddosering door de tandwielkast te verstellen. (Hoofdstuk 8.0)
3. Rij naar de plaats waar men wilt beginnen.
4. Begin met een rijsnelheid van ca. 3 km/h (1.9mph)
5. Laat de machine al rijdende rustig en gecontroleerd zakken, totdat de zaai-elementen in
de ondergrond snijden.
6. Voer de snelheid op tot de juiste rijsnelheid is bereikt.
STOPPEN MET ZAAIEN
1. Verlaag de rijsnelheid to ca. 3 km/h (1.9 mph).
2. Hef de machine al rijdende uit de grond.
3. Ga naar de volgende plaats en begin opnieuw als beschreven.
Het is absoluut noodzakelijk volgens bovenstaande procedures te werken. Als de
machine in stilstand in de grond wordt geplaatst kan serieuze schade ontstaan aan de
machine.
Laat de machine al rijdende voorzichtig en gecontroleerd zakken tijdens de bewerking.
Rij nooit achteruit wanneer de machine in de bodem staat.
21