Afbeelding 5ONJUISTE INSTALLATIE
Onjuist
5-G
Onjuist
5-H
Een gerichte keuze van de pomp impliceert dat de klant de beschikbare NPSHa definieert!
8.3
AANZUIGFILTER
Voor de goede werking van de pomp is het van belang dat het gedoseerde product vloeibaar, homo-
geen en schoon is. Het gebruik van het filter mag geen afbreuk doen aan de aanzuigcapaciteit van
de pomp. Beoordeel zorgvuldig het werkelijke nut van het gebruik van het filter aan de hand van de
aard en de kenmerken van de vloeistof; kies de juiste grootte van het filtergaas.
De pomp kan ook zwevende deeltjes (niet-oplosbaar) transporteren, maar deze zijn altijd een bron
van verstoring omdat zij kunnen leiden tot:
-
obstructie van de terugslagkleppen
-
ophopingen en/of verhardingen in de kop
-
in het geval van membraanpompen, groeven of scheuren van het membraan
Gebruik Y-filters met afmetingen groter dan de diameter van de pompaanzuiging.
De eigenschappen van het filtergaas zijn afhankelijk van de aard van de vloeistof en het debiet van de pomp.
Voor vloeistoffen met een viscositeit van niet meer dan 200 cps, zie onderstaande tabel.
Maximaal pompdebiet
(Qmax)
Qmax < 15 l/h
15 l/h < Qmax < 50 l/h
50 l/h < Qmax < 100 l/h
100 l/h < Qmax < 300 l/h
Qmax >300 l/h
Bestand: UT-5600
JUISTE INSTALLATIE
Filtergaas
(Amerikaanse stan-
daard)
100
60
50
40
30
Juist
Juist
Juist
Juist
Juist
Gaasopening
(mm)
0,152
0,251
0,353
0,422
0,599
Pagina 15 van 41