– Reiniging, reparatie en buitengewoon onderhoud van het apparaat
– Afvoeren van het apparaat
– Werkzaamheden aan elektrische apparatuur
– Ontmantelingshandelingen van apparaten die R290 of R-744 gebruiken (met een koelsysteem onder hoge druk)
– Ontmantelingshandelingen van apparaten die brandbare gassen in het isolatieschuim gebruiken;
A.5
Op het apparaat geïnstalleerde beveiligingen
Afschermingen
Het apparaat heeft:
• vaste afschermingen (bijv.: carters, deksels, zijpanelen, enz.), die bevestigd zijn aan het apparaat en/of aan het frame met
bouten of snelkoppelingen die uitsluitend gedemonteerd of geopend kunnen worden met gereedschappen; de gebruiker mag
dergelijke voorzieningen daarom niet verwijderen of ermee knoeien. De Fabrikant kan op geen enkele wijze aansprakelijk
worden gesteld voor schade door geknoei of verkeerd gebruik van het apparaat;
• interlock bewegende afschermingen (deur) om toegang te krijgen tot de binnenkant van het apparaat;
• toegangsdeurtjes tot de elektrische uitrusting van het apparaat, uitgevoerd met scharnierende deurtjes die alleen met behulp
van gereedschap geopend kunnen worden. Het deurtje mag niet geopend worden als het apparaat is aangesloten op het
elektriciteitsnet.
A.6
Veiligheidsmarkeringen die op of in de buurt van het apparaat aangebracht moeten worden
Verbod
Gevaar
A.7
Oneigenlijk gebruik dat redelijkerwijs voorzien kan worden
Met 'oneigenlijk gebruik' wordt elk gebruik bedoeld dat anders is dan wat er gespecificeerd is in deze handleiding. Tijdens de
werking van het apparaat zijn andere soorten werkzaamheden of activiteiten, die oneigenlijk worden geacht of die over het
algemeen gevaar met zich meebrengen voor de veiligheid van de medewerkers en die schade aan het apparaat kunnen
veroorzaken, niet toegestaan. Oneigenlijk gebruik dat redelijkerwijs voorzien kan worden omvat:
• gebrek aan onderhoud, reiniging en periodieke controles van het apparaat;
• structurele wijzigingen of wijzigingen aan de werkingslogica;
• geknoei aan beschermingen of veiligheidsvoorzieningen;
• het niet gebruiken van persoonlijke beschermingsmiddelen door de operators, het gespecialiseerde personeel en het
onderhoudspersoneel;
• het niet gebruiken van geschikte accessoires (bijv. het gebruik van ongeschikte gereedschappen, ladders);
• het plaatsen, in de omgeving van het apparaat, van brandbare of ontvlambare materialen of materialen die in elk geval niet
verenigbaar zijn met de werkzaamheden of die irrelevant zijn;
• onjuiste installatie van het apparaat;
• het in het apparaat stoppen van voorwerpen die niet verenigbaar zijn met de werking ervan of die schade kunnen toebrengen
aan het apparaat of aan het milieu;
• op het apparaat klimmen;
• het niet in acht nemen van de aanwijzingen voor het juiste gebruik van het apparaat;
• ander gedrag dat gevaar oplevert dat niet door de fabrikant kan worden geëlimineerd.
• het niet controleren dat deuren of laden volledig gesloten zijn door vergeetachtigheid of slordigheid
• het plaatsen van het product in de compartimenten zodat goede luchtcirculatie wordt geblokkeerd of het perfect sluiten van
deuren/laden wordt verhinderd
• het overschrijden van het productgewicht dat voor elk(e) schap/lade is toegestaan
WAARSCHUWING
De hiervoor beschreven handelingen zijn verboden!
12
Betekenis
het is verboden de veiligheidsvoorzieningen te verwijderen
het is verboden water te gebruiken voor het blussen van branden (vermeld op de
elektrische onderdelen)
Betekenis
let op, heet oppervlak
gevaar voor elektrocutie (vermeld op de elektrische onderdelen met indicatie van de
spanning)