9.2.4
Gebruikswijzen
Gebruikswijze instellen:
T-Modell - 13/14 - Ausgabe 08/13 - 2354664 - BUE-0006-14NL
De combinatie gasgebruik en 230-V-elektragebruik verkort de opwarmtijd van
het voertuig (alleen mogelijk als de verwarming bij het bedieningspaneel
(Afb. 193) op wintergebruik is gezet).
Als het 230-V-elektragebruik is gekozen, brandt het gele controlelicht
(Afb. 194,6).
Verdere informatie ontlenen aan de aparte gebruiksaanwijzing van de
fabrikant.
Verdere informatie voor de bediening van de boiler zie sectie "Boiler".
Heteluchtverwarming Truma Combi D
Het apparaat buiten bedrijf stellen door de zekering te verwijderen en de
klantenservice bezoeken wanneer een van de volgende situaties
optreedt: Langdurig aanhoudende, sterke rookontwikkeling; ongewone
brandgeluiden; brandstofgeur; voortdurende uitschakeling door storing
met foutmelding (knippercode).
De verwarming werkt op dieselbrandstof uit de brandstoftank van het
basisvoertuig. Voor het werken op biodiesel (PME, RME, AME) is de ver-
warming niet goedgekeurd.
De brandstoftank bij gebruik van de verwarming niet tot aan het reservepeil
van de tankindicatie leegrijden, om te voorkomen dat er lucht in de toevoer-
leidingen komt.
De verwarming om de vier weken ca. 10 minuten laten werken, om te voor-
komen dat bewegende delen gaan vastzitten.
Als de verwarming bij vorstgevaar niet wordt gebruikt, de boiler leegmaken.
Afb. 195 Bedieningspaneel voor ver-
warming/boiler
Alle verwarmingen hebben twee gebruikswijzen:
Wintergebruik
Zomergebruik
Het verwarmen van het voertuig is alleen mogelijk met de gebruikswijze
"Winter". Bij de gebruikswijze "Zomer" wordt alleen het water in de boiler ver-
warmd. Het verwarmen van het voertuig is bij deze gebruikswijze niet moge-
lijk.
Gebruikswijze instellen met de draaischakelaar (Afb. 195,3).
De spanningsvoorziening van de verwarming kan via de hoofdschakelaar
12 V niet worden onderbroken.
Inbouwapparatuur
1 Temperatuurdraaiknop
2 Zomergebruik watertemperatuur
40 °C of 60 °C
3 Draaischakelaar
4 Uit
5 Wintergebruik "Verwarming zonder
boiler"
6 Wintergebruik "Verwarming en boiler"
7 Groen controlelicht "Gebruik verwar-
ming"
8 Geel controlelicht "Boiler opwarm-
fase" resp. rood controlelicht "Sto-
ring"
9
159