Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Algemene Bediening - Zero Motorcycles Zero FXS 2020 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Algemene bediening

Starten en bediening
Algemene bediening
In dit hoofdstuk worden verschillende punten beschreven die
u moet bestuderen voordat u de motorfiets in gebruik neemt.
Controle voorafgaand aan de rit
Controleer het volgende voordat u uw Zero-motorfiets in
gebruik neemt, om er zeker van te zijn dat de motorfiets
veilig en intact is:
• Accupakket. Controleer of de oplaadindicator op het
onderste deel van het dashboard aangeeft dat het
accupakket is geladen. We raden u aan om op te laden
voor gebruik. Bewaar de laadkabel altijd bij de motorfiets.
Let op: Als de motorfiets langer dan 30 dagen niet
gebruikt wordt, zet dan het contactslot in de ON-positie
en weer terug in de OFF-positie om de langdurige
stilstandmodus te verlaten en laat de motorfiets
vervolgens een paar uur laden alvorens de motorfiets
te gebruiken.
• Aandrijfriem. Controleer de riemspanning en -conditie.
Pas deze indien nodig aan. Zie "Aandrijfriem", op
pagina 6.16.
• Remmen. Knijp in de remhendel en druk het
rempedaal afzonderlijk in terwijl u de motorfiets duwt
om te zien of deze rolt. U moet de wielen helemaal
kunnen blokkeren als u de remmen gebruikt.
• Gasbediening. Met het contactslot in de OFF-positie
geeft u gas en laat u de gashendel los om te controleren
of de gashendel soepel loopt en correct terugkeert.
• Banden. Controleer beide banden op conditie en
profieldiepte. Controleer de koude bandenspanning
regelmatig. Controleer op beschadigingen en uitlijning.
Houd de juiste bandenspanning aan zoals aangegeven
op pagina 6.15. Vervang de banden wanneer de
profieldiepte 2 mm (0,08 inch) of minder bedraagt.
WAARSCHUWING! Een te lage bandenspanning is een
veel voorkomende oorzaak van bandfalen en kan leiden
tot ernstige scheuren in de band, losraken van het
loopvlak, een klapband of onverwacht verlies van de
controle over de motorfiets, resulterend in ernstig of
dodelijk letsel. Controleer banden regelmatig op de
correcte spanning.
• Elektrisch systeem. Controleer op de juiste werking
van de koplamp, richtingaanwijzers en de
rem-/achterlichten.
• Beschermkappen. Controleer of de beschermkappen
voor de diagnostische connector van het accupakket,
de snellaadconnector en de ingebouwde laadconnector
correct zijn geplaatst.
Algemene bediening
4.1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Zero fx 2020

Inhoudsopgave