8
Kies het gewenste kanaal door op
drukken. Druk vervolgens op MODE.
Als L+R werd gekozen:
FRONT 1 → FRONT 2 → REAR → CENTER →
SUBWOOFER → FRONT 1
Als L/R werd gekozen:
FRONT 1L → FRONT 1R → FRONT 2L → FRONT 2R →
REAR L → REAR R → CENTER → SUBWOOFER →
FRONT 1L
• Het display van de luidsprekers verschilt, afhankelijk van de
aangesloten luidspreker.
9
Stel de berekende tijdcorrectiewaarde (0,00 tot
20,00 ms) in met de encoder-draaiknop. Druk
vervolgens op MODE.
De fase omschakelen
10
Schakel de fase (PHASE 0° of 180°) om met de
encoder-draaiknop. Druk vervolgens op MODE.
11
Om andere kanalen in te stellen, herhaalt u
stappen 8 tot 10.
12
Als de instelling is voltooid, houdt u TA minstens
2 seconden ingedrukt.
Het toestel keert terug naar de normale modus.
• Als de luidspreker is uitgeschakeld ("OFF"), kan de tijdcorrectie
voor die luidspreker niet worden ingesteld. Zie "Luidsprekers
instellen" (pagina 37).
• De instelwaarde voor FRONT2 (luidsprekers) die is ingesteld voor
de tijdcorrectie, wordt ook toegepast op de voorluidsprekers
vooraan in "Bass Focus instellen" (pagina 41).
• De automatische instelling (AUTO TCR) is niet mogelijk op dit
toestel.
• Als de instelling is voltooid, is het aanbevolen de inhouden van de
instelling op te slaan. Raadpleeg pagina 44 om de inhouden op te
slaan.
of
te
Instellingen grafische equalizer
Met de grafische equalizer kunt u het geluid wijzigen door gebruik te
maken van telkens 31 frequentiebanden voor de luidsprekers vooraan
(links en rechts), achteraan (links en rechts) en in het midden. Voor
de subwoofer zijn nog eens 10 frequentiebanden verkrijgbaar. Op die
manier kunt u het geluid regelen volgens uw eigen smaak.
1
Ga na of de defeat-modus is uitgeschakeld (pagina
25).
2
Houd TA minstens 2 seconden ingedrukt.
De regelmodus voor de audioprocessor is in werking
gesteld.
3
Kies de modus G-EQ door herhaaldelijk op TA te
drukken.
4
Kies L+R of L/R door de BAND-toets minstens 2
seconden ingedrukt te houden.
L+R: Hanteert gelijke instellingswaarden voor de linker-
en rechterkanalen.
L/R: Er kunnen verschillende instellingswaarden worden
gehanteerd voor de linker- en rechterkanalen.
Wanneer de parametrische EQ wordt aangepast, wordt
deze instelling uitgeschakeld.
5
Kies het gewenste kanaal door op
drukken. Druk vervolgens op MODE.
Als L+R werd gekozen:
FRONT → REAR → CENTER → SUBWOOFER → FRONT
Als L/R werd gekozen:
PFRONT L → FRONT R → REAR L → REAR R →
CENTER → SUBWOOFER → FRONT L
• Het display van de luidsprekers verschilt, afhankelijk van de
aangesloten luidspreker.
6
Kies de frequentie met de encoder-draaiknop.
Druk vervolgens op MODE.
Instelbare frequentie:
FRONT/REAR/CENTER:
SUBWOOFER:
7
Regel het niveau (LEVEL) (±9dB 1dB stap) met de
encoder-draaiknop. Druk vervolgens op MODE.
8
Om andere frequenties in te stellen, herhaalt u
stappen 6 en 7.
9
Om andere kanalen in te stellen, herhaalt u
stappen 5 tot 8.
10
Als de instelling is voltooid, houdt u TA minstens
2 seconden ingedrukt.
Het toestel keert terug naar de normale modus.
• Als de luidspreker is uitgeschakeld ("OFF"), kan het niveau van
de grafische equalizer voor die luidspreker niet worden
aangepast. Zie "Luidsprekers instellen" (pagina 37).
• Controleer de speelbare frequentiebereiken van de aangesloten
luidsprekers voor u de equalizer afstelt. Als het speelbare
frequentiebereik van de luidspreker bijvoorbeeld 55 Hz tot 30 kHz
bedraagt, heeft een instelling in de frequentieband van 40 Hz of 20
Hz geen effect. Bovendien kunt u de luidsprekers overbelasten en
beschadigen.
• Als de grafische EQ wordt aangepast, heeft de instelling van de
parametrische EQ geen effect.
• Als de instelling is voltooid, is het aanbevolen de inhouden van de
instelling op te slaan. Raadpleeg pagina 44 om de inhouden op te
slaan.
of
te
20 Hz – 20 kHz (in stappen
van 1/3 octaaf)
20 Hz – 160 Hz (in stappen
van 1/3 octaaf)
39 -
NL