De begrenzingsdraad leggen
Als u van plan bent de begrenzingsdraad met krammen
vast te zetten:
•
Maai het gras op de plek waar u de draad gaat
leggen heel kort met een gewone grasmaaier of
trimmer. U kunt de draad dan dicht bij de grond
leggen, waardoor de kans kleiner wordt dat de
robotmaaier de draad doorsnijdt of de isolatie van de
draad beschadigt.
•
Leg de begrenzingsdraad vlak bij de grond en met de
krammen. De kabel moet overal vlak tegen de grond
liggen, zodat hij niet wordt doorgesneden voordat de
graswortels er overheen zijn gegroeid.
•
Gebruik een hamer om de krammen in de grond
te tikken. Wees voorzichtig bij het inslaan van de
krammen en zorg dat de draad niet te strak komt te
staan. Vermijd scherpe bochten in de draad.
Als u de begrenzingsdraad gaat ingraven:
•
Zorg dat u de begrenzingsdraad minimaal 1 cm en
maximaal 20 cm onder de grond legt. De kabel kan
worden ingegraven met behulp van bijvoorbeeld een
kantensteker of een rechte spade.
Gebruik de bijgeleverde meetlat als hulpmiddel bij het
leggen van de begrenzingsdraad. Zo kunt u eenvoudig
de juiste afstand aanhouden tussen de begrenzingsdraad
en de grens/het obstakel. De meetlat wordt van de doos
gescheurd.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Leg extra draad niet opgerold buiten de
begrenzingsdraad. Dit kan de werking van
de robotmaaier verstoren.
Lus voor het aansluiten van de begeleidingsdraad
Om het aansluiten van de begeleidingsdraad op de
begrenzingsdraad te vergemakkelijken, is het een
goed idee om op het punt waar de begeleidingsdraad
later wordt aangesloten een lus te maken met behulp
van een extra stuk begrenzingsdraad van ongeveer
20 cm. Bepaal voordat u begint met het uitleggen van
de begrenzingsdraad waar u de begeleidingsdraad
wilt plaatsen. Zie 3.6 Begeleidingsdraad installeren
pagina 28.
1157866-36,420,430X,450X,NL_160315.indd 25
INSTALLATIE
3018-085
3012-281
3023-007
Dutch - 25
2016-03-15 08:29:56