Werking Brander; Start Van De Brander; Tijdens Werking - Installatie Voorzien Van Een Tr Afstandsbediening; Geen Ontsteking - Riello RS 70 Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud
Gasventilatorbranders
Verberg thumbnails
Zie ook voor RS 70:
- Installatie-, gebruiks- en onderhoudsvoorschriften (68 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
6.8
Werking brander
6.8.1
Start van de brander
Sluiting afstandsbesturing TL.
Start servomotor: draai naar rechts tot de ingestelde
hoek op de nok met de oranje hendel.
Na ongeveer 3s:
0 s
Het startprogramma van de elektrische installatie is be-
gonnen.
2 s
Start van de ventilatormotor.
3 s
Start servomotor: draai naar rechts tot de ingreep van
het contact op de nok met de rode hendel.
De luchtklep positioneert zich op het vermogen in de 2°
vlamgang.
Voorventilatiefase met luchtdebiet van het vermogen in
2° vlamgang.
Duurtijd 25 s.
28 s
Start servomotor: draai naar links tot de ingestelde hoek
op de nok met de oranje hendel.
43 s
Vonk aan de ontstekingselektrode.
De luchtklep en de gassmoorklep staan in de positie van
het vermogen in 1° vlamgang.
De veiligheidsventielen VS en VR gaan open, snelle
opening. De vlam ontvlamt bij een laag vermogen, punt
A. Het debiet neemt vervolgens geleidelijk toe, trage
opening van het ventiel, tot het vermogen van de 1°
vlamgang, punt B.
45 s
Doven van de vonk.
53 s
Als de afstandsbediening TR gesloten is, draait de ser-
vomotor nog door tot de ingreep van nok en brengt de
luchtklep en de gassmoorklep in de positie van de 2°
vlamgang, deel C-D.
Loopt het startprogramma van de elektrische installatie
ten einde.
6.8.2
Tijdens werking - Installatie voorzien van een
TR afstandsbediening
Na de startfase gaat de regeling van de servomotor over op de
thermostaat TR die de druk of de temperatuur in de ketel contro-
leert, punt D.
(De elektrische controledoos zet in ieder geval de controle van de
vlamaanwezigheid en van de correcte stand van de luchtdruk-
schakelaar voort).
•
Wanneer de temperatuur of de druk toeneemt tot aan de ope-
ning van de TR, sluit de servomotor de gassmoorklep en de
luchtklep, en de brander gaat van de 2° naar de 1° vlamgang,
traject E-F.
•
Wanneer de temperatuur of de druk afneemt tot aan de slui-
ting van de TR, opent de servomotor de gassmoorklep en de
luchtklep, en de brander gaat van de 1° naar de 2° vlamgang.
Enzovoort.
•
De brander valt stil als er minder warmte in de 1° vlamgang ge-
vraagd dan geleverd wordt, deel G - H. De afstandsbediening
TL opent, de servomotor keert terug naar hoek 0°, beperkt
door nok met azuurblauwe hendel. De luchtklep sluit volledig,
om zoveel mogelijk thermische dispersie te voorkomen.
Installatie zonder TR, vervangen door een brug
De brander start net als in het vorige geval. Vervolgens, als de
temperatuur of de druk toeneemt totdat de TL opent, gaat de
brander uit (deel A-A in het diagram).
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
(n = seconden vanaf het ogenblik 0)
LED
*
RMG
*
Uit
Geel
Voor nadere informatie zie pag. 30.
6.8.3
Geen ontsteking
Bij gebrek aan ontsteking, vergrendelt de brander binnen 3 sec. na de
opening van het gasventiel en 49 sec. na de sluiting van de afstand-
bediening TL. De rode led van de controledoos begint te branden.
Uitschakeling van de brander tijdens de werking
Als de vlam tijdens de werking per ongeluk dooft, treedt de ver-
grendeling van de brander binnen 1 sec. in werking.
LED
*
RMG
*
Uit
Geel
Voor nadere informatie zie pag. 30.
29
NL
REGELMATIGE ONTSTEKING
Groen
Rood
GEEN ONTSTEKING
Rood
D3051
Afb. 31
D3052
Afb. 32
20144613
Advertenties
Inhoudsopgave
