5.12.6 Hydraulisch schema
Legende (Afb. 26)
1
Aanzuiging van pomp
2
Terugloop van pomp en terugloop van verstuiver
3
By-pass schroef in pomp
4
Drukregelaar van pomp
5
Veiligheidsklep
6
Veiligheidsklep
7
Aanvoer van verstuiver
8
Verstuiver zonder naaldafsluiter
9
Terugloop verstuiver
10 Drukregelaar op terugloop verstuiver
11 Servomotor voor drukregelaar
12 Drukschakelaar op terugloop verstuiver
13 Veiligheidsklep op terugloop verstuiver
14 Veiligheidsklep op terugloop verstuiver
15 Drukschakelaar op aanvoer pomp
B
Kleppensysteem van olie en drukregelaar
M
Manometers
V
Koppeling vacuümmeter
WERKING
Fase met voorventilatie:
kleppen 5), 6), 13) en 14) gesloten.
Fase met ontsteking en werking:
kleppen 5), 6), 13) en 14) open.
Stop: alle kleppen gesloten.
Deze werkzaamheid is mogelijk omdat de pomp
bij het verlaten van de fabriek gevuld is met brand-
stof. Indien de pomp leeg is, vul hem met brand-
stof via de vacuümmeteraansluiting 4)(Afb. 24)
OPGELET
alvorens de pomp te starten, anders loopt hij vast.
Vul de leiding met een afzonderlijke pomp indien
de aanzuigleiding langer is dan 20-30 m.
Installatie
20086806
Afb. 26
29
NL
20081829