12 - OPTIES
Voorbeeld:
Als het watercircuit 2.500 liter is, bestaande uit EG30% voor een
unit met 6 freecooling-batterijen, dan moet er elke 8 jaar 30 liter
(2.500*1,2%) corrosieremmer worden toegevoegd.
De te gebruiken corrosieremmers bevatten dipotassium-
waterstoffosfaat. Gebruik alleen producten die compatibel zijn
met aluminium. Het wordt afgeraden om glycol op te lossen voor
de gewenste concentratie, om de beginhoeveelheid
corrosieremmers niet te verminderen.
Gelijkwaardige formule als die van tabel 1 1 ► X = (V*P) / (1578*N)
■ X = Aantal jaren tussen twee bijvullingen van corrosieremmer
■ V = Totaal volume van het watercircuit (Liter)
■ P = Glycolconcentratie (%)
■ N = Totaal aantal freecooling-batterijen die zijn aangesloten
op het watercircuit
Gelijkwaardige formule als die van tabel 2 ► I = (V*P) / 2500
■ I = Volume toe te voegen corrosieremmer na X jaren (liter)
■ V = Totaal volume van het watercircuit (Liter)
■ P = Glycolconcentratie (%)
Maximum aantal jaren tussen twee bijvullingen met
corrosiewerend middel voor de opties freecooling glycol
free:
Met de optie free cooling glycol free moet corrosiewerend middel
om de 5 jaar worden bijgevuld in het tussencircuit.
Het volume corrosiewerend middel dat moet worden bijgevuld,
wordt op dezelfde manier bepaald als bij de optie free cooling
(zie formule in tabel 2) met de volumes van het tussencircuit.
Bescherming tegen vervuiling:
Het glycolwatercircuit moet schoon zijn. Voor een goede werking
van de warmtewisselaars wordt aanbevolen indien nodig een
extra modderpot, bezinkput of ander filtratiesysteem
stroomopwaarts van de unit te installeren.
Vorstbeveiliging
Om risico's op bevriezing te voorkomen tijdens de werking bij
een lage omgevingstemperatuur, dienen units met de freecooling-
optie beschermd te worden met een glycoloplossing. Zie de
vorstcurven van ethyleen en propyleenglycol (hoofdstuk 12.2.1).
De unit wordt zonder glycol geleverd.
AQUACIAT
POWER
™ LD/ILD
Totale en gedeeltelijke Free cooling
Bij het vullen met glycol verzekert u zich ervan dat de 2
gemotoriseerde kleppen en de handbediende klep open staan
voor een goede verdeling van de glycol binnen de unit.
Indien het watercircuit van de klant moet worden getest of
gespoeld, dient u de klep van het freecooling-circuit te sluiten
om te verhinderen dat er water in de microkanaalbatterijen van
de freecooling stroomt.
Ingeval er desondanks water binnendringt, moet de unit worden
geleegd met behulp van de aftapschroeven op elke batterij en
met de aftapkranen aan de onderkant van de freecooling
verzamelleidingen. Vervolgens een glycoloplossing injecteren
om de unit te beschermen tegen vorst.
OPMERKING: Het niet naleven van de aanbevelingen van
de fabrikant kan leiden tot beschadiging van de installatie.
Gebruik van zoet water is verboden bij de optie Totale en
Gedeeltelijke freecooling.
Free Cooling Glycol Free
De unit wordt geleverd zonder glycol in het tussencircuit. Tijdens
de installatie moet dit worden bijgevuld met de juiste concentratie.
In de technische kenmerken vindt u de te voorziene glycolvolumes.
Het tussencircuit wordt via de aftapkranen gevuld met glycol.
Het vullen van het tussencircuit met zoet water is verboden.
Zorg ervoor dat de lucht bovenaan voldoende is afgevoerd (ter
hoogte van de Free Cooling batterijen en de gesoldeerde
platenwarmtewisselaar Glycol Free)
Freecooling-leidingwerk
De maximale werkingsdruk voor de volledige en gedeeltelijke
freecooling-opties is 6 bar. De nominale waarde wordt vermeld
op de kenplaat van de unit.
De handbediende klep op het freecooling-circuit van de unit moet
altijd openstaan, behalve voor het aftappen of onderhouden.
NL-96