12 - OPTIES
12.2.4.3 - Installatie
De watertoevoer naar elke desuperheater is parallel.
De aansluitingen op de waterintrede en -uittrede van de desuperheaters mag een enkele mechanische spanning veroorzaken op
de warmtewisselaars. Monteer indien nodig flexibele aansluitbuizen.
Monteer inregel- en balansafsluiters voor het waterdebiet bij de uittrede van de warmtewisselaars.
De instelling en de balans van de debieten kunnen worden ingesteld door het aflezen van de drukverliezen in de warmtewisselaars.
Dit drukverlies moet op alle gelijk zijn aan het totale waterdebiet uit het selectieprogramma.
Raadpleeg de volgende drukverliescurves voor het inregelen van de balanskleppen alvorens de installatie op te starten.
In instelling van de waterdebieten van elke desuperheater kan worden verfijnd als de unit op vollast werkt door de
wateruittredetemperaturen voor elk van de circuits zoveel mogelijk gelijk te krijgen.
100
10
1
0,1
B
Circuit met 1 compressor (units 602-2000)
C
Circuit met 2 compressoren (units 602-2000)
D
Circuit met 3 compressoren (units 602-2000)
12.2.4.4 - Werking
Het activeren en deactiveren van de desuperheater-modus worden verzorgd door de DI-04 van de kaart CIOB B ("DSHTR_SW").
(Klemmenstrook klant nr.: 495/494)
Als de desuperheater optie wordt gecombineerd met een optie (energiebeheermodule – Kaart CIOB EMM) kan de installateur een
magneetschakelaar aansluiten op de DO-01 van een pomp voor de desuperheater (nr. 9 - DSH_PUMP). (Klemmenstrook klant
nr.: 491/492).
Het volume van het watersysteem in het circuit van de desuperheater moet zo klein mogelijk zijn zodat de temperatuur snel kan
stijgen na het inschakelen.
De minimum luchtintredetemperatuur bij de desuperheater is 30 °C.
Hiervoor kan een drieweg ventiel (nummer 31) nodig zijn, met een regelaar en opnemer voor het controleren van de minimaal
vereiste waterintrede temperatuur.
Het watersysteem van de desuperheater moet zijn uitgerust met een expansievat dat wordt geselecteerd op grond van het volume
van het watersysteem en met een klep (getarreerd op meer dan 10bar) om de watertemperatuur te handhaven onder 100°C.
AQUACIAT
POWER
™ LD/ILD
Desuperheater (platenwarmtewisselaar drukverliescurves)
B
C D E
1
Waterdebiet van de warmtewisselaar (l/s)
F G
10
E
Circuit met 4 compressoren (units 602-2000)
F
Circuit met 3 compressoren (units 2200-3500)
G
Circuit met 4 compressoren (units 2200-3500)
NL-78
100