13 - STANDAARD ONDERHOUD
13.6 - Luchtwarmtewisselaar
Wij adviseren dat de mate van vervuiling van batterijen met
lamellen regelmatig wordt geïnspecteerd. Deze is afhankelijk
van de omgeving waarin de unit wordt gebruikt, zoals stedelijke
en industriegebieden, en voor units in de buurt van bomen die
hun bladeren verliezen.
Aanbevelingen voor het onderhoud en reinigen van
luchtwarmtewisselaars:
■ Regelmatig reinigen van het batterij-oppervlak is essentieel
voor een correcte werking van de unit.
■ Het verwijderen van verontreiniging en schadelijke resten
verlengt de levensduur van de batterijen en van de unit.
■ Onderstaande onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
maken deel uit van het reguliere onderhoud en zullen de
levensduur van de batterijen verlengen.
■ Specifieke aanbeveling voor sneeuw: Controleer bij langdurige
opslag of er geen sneeuwophoping op de batterij is.
Specifiek voor LD units met MCHE:
■ Reinig het oppervlak van de batterij door de batterij gelijkmatig
te bespuiten en werk van onder naar boven, met de waterstraal
loodrecht op de batterij. Gebruik geen hogere waterdruk dan
6200 kPa (62 bar) of een hoek van 45° ten opzichte van de
batterij. Het mondstuk moet ten minste 300 mm verwijderd
zijn van het oppervlak van de batterij.
■ Reinig en borstel met een zachte borstel van Nylon, PolyPro
of Tynex
alle verbindingen schoon met kraanwater van lage
®
druk.
Reiniging niveau 1:
■ Verwijder alle vreemde voorwerpen of fragmenten/vuil die
zich hebben gehecht aan het oppervlak van de batterij en
tussen het chassis en de steunen.
■ Voor ILD units met RTPF-accu's, voorzichtig verticaal
borstelen met een borstel.
■ Gebruik een lage druk luchtstraal om stof van en uit de batterij
te verwijderen.
Reiniging niveau 2:
■ Voer de reinigingswerkzaamheden uit van niveau 1.
■ Reinig de batterij met daarvoor geschikte producten.
Draag passende persoonlijke beschermingsuitrusting (PBU)
zoals een veiligheidsbril en/of -masker, waterdichte kleding
en veiligheidshandschoenen. Het wordt aanbevolen om
kleding te dragen die het hele lichaam bedekt.
Producten die zijn gekwalificeerd door de fabrikant voor het
reinigen van onbehandelde batterijen zijn leverbaar via de
onderdelenafdeling van de fabrikant. Het gebruik van andere
producten is streng verboden. Na gebruik van het product
is doorspoelen met water verplicht (zie norm RW01-25 van
de fabrikant).
Gebruik nooit water onder druk zonder grote
sproeier.
Geconcentreerde en/of roterende waterstralen zijn
streng verboden.
Gebruik nooit een vloeistof met een temperatuur
boven 45 °C om de luchtwarmtewisselaars te
reinigen.
Correct en frequent reinigen (ongeveer eens per 3
m a a n d e n ) v o o r k o m t t w e e d e r d e v a n d e
corrosieproblemen. Bescherm de schakelkast
tijdens de reinigingswerkzaamheden.
13.7 - Waterwarmtewisselaar
Controleer of:
■ De isolatie niet is losgelaten of beschadigd tijdens
werkzaamheden,
■ De verwarmingselementen en opnemers goed werken en
correct in hun houders zijn geplaatst,
■ De waterzijdige aansluitingen van de warmtewisselaar schoon
zijn en geen tekenen van lekkage vertonen,
■ De wettelijk voorgeschreven inspecties zijn uitgevoerd.
13.8 - Frequentieregelaar
Zorg ervoor dat voor alle werkzaamheden aan de
frequentieregelaar het circuit geïsoleerd en
spanningsloos is (ter herinnering: Ontladingstijd
van de condensatoren: Ongeveer 5 minuten na
openen van de hoofdschakelaar). Alleen correct
gekwalificeerd personeel mag werkzaamheden aan
de frequentieregelaar uitvoeren.
In geval van een alarm of aanhoudend probleem met betrekking
tot de frequentieregelaar, moet u contact opnemen met de
serviceafdeling van de fabrikant.
De isolatie van de frequentieregelaars die op de units zijn
gemonteerd hoeft niet getest te worden, zelfs niet na vervanging:
zij worden voor aflevering altijd gecontroleerd. Bovendien kunnen
de filtercomponenten in de frequentieregelaar de meting
onnauwkeurig maken en zelfs beschadigd raken. Indien er
®
behoefte is aan het testen van de isolatie van componenten in
de unit (ventilatormotoren, pompmotoren, kabels, etc.), moet de
frequentieregelaar worden losgekoppeld van de stroomkring.
13.9 - Koudemiddelvolume
U moet de unit in koelbedrijf laten werken om te weten of de
vulling van de unit correct is door de werkelijke onderkoeling te
controleren.
Als er door een lek onvoldoende koudemiddel is vergeleken met
de oorspronkelijke vulling dan is dit merkbaar tijdens koelbedrijf
en de waarde van de onderkoeling bij de uittrede van de
luchtwarmtewisselaar zal daardoor veranderd zijn, maar dit zal
tijdens verwarmingsbedrijf niet worden opgemerkt.
Het is dus niet mogelijk om na een lekkage de vulling
te optimaliseren tijdens verwarmingsbedrijf. De unit
moet beslist werken in koelbedrijf om te controleren
of de vulling moet worden bijgevuld.
NL-109
AQUACIAT
POWER
™ LD/ILD