[Papier]
Selecteer het papier dat u wilt gebruiken voor het kopiëren.
Selecteer de papierbron waarin het papier is geladen dat u wilt gebruiken en druk op [Sluiten].
* Als het papier dat in de papierbron is geladen niet overeenkomt met de instelling voor het papierformaat
of het papiertype, kunt u met [Papierinstellingen wijzigen] de papierinstellingen te wijzigen.
[Aantal kopieën]
Geef het aantal kopieën op.
Gebruik de numerieke toetsen om het aantal kopieën in te voeren en druk op [Sluiten].
4
Configureer de overige kopieerinstellingen naar behoefte.
kopieerfuncties(P. 331)
U kunt 2-zijdig kopiëren en de afbeeldingskwaliteit en andere instellingen aanpassen op basis van uw
origineel en het doel.
5
Druk op [Start Z-W] of [Start Kleur].
➠
Het kopiëren wordt gestart.
●
Als u het origineel in zwart-wit wilt kopiëren, drukt u op [Start Z-W]. Als u in kleur wilt kopiëren, drukt u op
[Start Kleur].
●
Om het kopiëren te annuleren, drukt u op [Annuleren]
●
Bekijk kopieertaakstatus en logboek met behulp van [Statusmonitor].
bekijken(P. 246)
Als [Volg. scannen] wordt weergegeven
Wanneer een origineel op de glasplaat wordt geplaatst en er wordt gekopieerd met 2-zijdig of N op 1
kopiëren, wordt het scherm voor het scannen van het volgende origineel weergegeven.
1
Plaats het volgende origineel op de glasplaat en druk op [Volg. scannen Z-W] of [Volg. scannen Kleur].
➠
Het volgende origineel wordt gescand en hetzelfde scherm wordt weergegeven.
Herhaal dit proces tot het scannen van alle originelen voltooid is.
Kopiëren
[Ja].
Kopieerbewerkingen annuleren(P. 344)
329
Aanvullende
Afdruktaakstatus en logboek