De juiste pannen
Geschikt zijn pannen van:
– roestvrij staal met een magnetiseer-
bare bodem,
– geëmailleerd staal,
– gietijzer
Niet geschikt zijn pannen van:
– roestvrij staal met een niet-magneti-
seerbare bodem,
– aluminium of koper,
– glas, keramiek of aardewerk
Als u niet zeker weet of een pan ge-
schikt is voor inductie, houdt u een
magneet tegen de bodem van de pan.
Als de magneet hecht, is de pan in prin-
cipe geschikt.
Wanneer u niet de juiste pannen ge-
bruikt, verschijnt op de kookzone-indi-
catie het symbool .
De kwaliteit van de bodem van de pan
kan het bereidingsresultaat beïnvloeden
(bijvoorbeeld het bruin worden van pan-
nenkoeken):
– Kies voor een optimaal gebruik van
de kookzone een pan met een pas-
sende bodemdiameter (zie het hoofd-
stuk "Kookzones"). Wanneer de pan
te klein is, wordt deze niet herkend
en verschijnt op de kookzone-indica-
tie het symbool .
– Gebruik alleen pannen met een glad-
de bodem. Een ruwe bodem kan
krassen op de keramische plaat ver-
oorzaken.
– Til pannen op als u ze wilt ver-
plaatsen. U voorkomt zo vlekken
door wrijving en krassen.
– Houd er bij de aanschaf rekening
mee dat pannenfabrikanten vaak de
maximale diameter of de diameter
aan de bovenkant vermelden. Van
belang is echter alleen de (meestal
kleinere) bodemdiameter.
Inductie
25