Een beheerderswachtwoord gebruiken
Het beheerderswachtwoord is bedoeld om systeembeheerders of servicetechnici toegang te geven tot
computers voor reparatie of een nieuwe configuratie. De beheerders of technici kunnen identieke
beheerderswachtwoorden toewijzen aan groepen computers, zodat u een uniek primair wachtwoord
kunt toewijzen.
Open Gebruikersaccounts via het Configuratiescherm om beheerderswachtwoorden toe te voegen
of te wijzigen.
Wanneer u een beheerderswachtwoord instelt, wordt de optie Configure Setup (instellingen configureren)
beschikbaar in het systeeminstallatieprogramma. Met de optie Configure Setup (instellingen configureren)
beperkt u de toegang tot de systeeminstellingen op dezelfde manier als een primair wachtwoord toegang
tot de computer beperkt.
Het is mogelijk het beheerderswachtwoord te gebruiken in plaats van het primaire wachtwoord. Wanneer
u gevraagd wordt het primaire wachtwoord in te voeren, kunt u dus ook het beheerderswachtwoord geven.
KENNISGEVING:
OPMERKING:
Het beheerderswachtwoord biedt toegang tot de computer, maar niet tot de vaste schijf wanneer er
een vaste-schijfwachtwoord is toegewezen.
Als u het primaire wachtwoord vergeet en geen beheerderswachtwoord hebt toegewezen, of als u zowel
het primaire wachtwoord als het beheerderswachtwoord bent vergeten, neemt u contact op met Dell
(zie "Contact opnemen met Dell" op pagina 150).
Een vaste-schijfwachtwoord gebruiken
Het vaste-schijfwachtwoord beveiligt de gegevens op de vaste schijf tegen onbevoegde toegang. Het is
ook mogelijk een wachtwoord voor een externe vaste schijf toe te wijzen (indien er een wordt gebruikt),
dat hetzelfde of anders is dan dat van de primaire vaste schijf.
Wanneer u een vaste-schijfwachtwoord hebt toegewezen, moet u dit invoeren telkens wanneer u de
computer inschakelt en telkens wanneer u de computer uit de stand-bymodus haalt.
Als het vaste-schijfwachtwoord is ingeschakeld, moet u dit invoeren telkens wanneer u de computer
inschakelt. Er verschijnt een bericht waarin naar het vaste-schijfwachtwoord wordt gevraagd.
Ga verder door het wachtwoord in te voeren (van maximaal acht tekens) en op <Enter> te drukken.
Als u het wachtwoord niet binnen 2 minuten invoert, keert de computer terug naar de eerdere toestand.
Als u een onjuist wachtwoord invoert, verschijnt het bericht dat het wachtwoord ongeldig is. Druk op
<Enter> om het nogmaals te proberen.
Als u na drie pogingen het juiste wachtwoord nog niet hebt ingevoerd, probeert de computer vanaf een
ander opstartbaar apparaat op te starten mits de optie Boot First Device (eerste apparaat opstarten) is
ingesteld in het System Setup-programma om op te kunnen starten vanaf een ander apparaat. Als de
optie Boot First Device (eerste apparaat opstarten) niet zo is ingesteld dat de computer wordt opgestart
vanaf een ander apparaat, keert de computer terug naar de toestand waarin deze verkeerde voordat
u deze inschakelde.
72
De computer beveiligen
Als u het beheerderswachtwoord uitschakelt, wordt ook het primaire wachtwoord uitgeschakeld.