•
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet
worden schoongemaakt met een agressief
reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe
randen of een afwasautomaat. Dit kan de
antiaanbaklaag beschadigen.
•
Droog de oven als de ovenruimte nat is na
gebruik.
VERWIJDEREN VAN DE GELEIDERS
Zorg ervoor dat de oven is afgekoeld voordat u
onderhoud verricht. Er bestaat verbrandingsgevaar.
Om het apparaat te reinigen, verwijder de
inschuifrails.
1. Inschuifrails voorzichtig naar boven toe uit de
voorste ophanging trekken.
3
2. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit de
zijwand.
3. Geleiders uit de achterste ophanging trekken.
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde
volgorde.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem
U kunt de oven niet inschake-
len of bedienen.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
32
1
2
Mogelijke oorzaak
De oven is niet aangesloten op
een stopcontact of is niet goed
geïnstalleerd.
De oven is uitgeschakeld.
De klok is niet ingesteld.
De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
De automatische uitschakeling
is actief.
HET LAMPJE VERVANGEN
Leg een doek op de bodem van de binnenkant van
het apparaat. Dit voorkomt schade aan het
afdekglas en de ovenruimte.
WAARSCHUWING! Gevaar voor
elektrocutie! Maak de zekering los
voordat u de lamp vervangt.
De lamp en het afdekglas kunnen heet
zijn.
LET OP! Houd de halogeenlamp altijd
met een doek vast om te voorkomen
dat er vetrestjes op de ovenlamp
verbranden.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast,
of schakel de stroomonderbreker uit.
Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp naar rechts en
verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de lamp door een geschikte 300°C
hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
Controleer of de oven goed is
aangesloten op het stopcon-
tact (zie het aansluitdiagram in-
dien beschikbaar).
Schakel de oven in.
Stel de klok in.
Zorg ervoor dat de instellingen
correct zijn.
Raadpleeg 'Automatisch uit-
schakelen'.
oplossing