Resultaat
8.12.3
Nr.: 9_9450 12 NL
8
Inbedrijfstelling
8.12
In- en uitgangssignalen instellen
4. Druk op de toets «Enter».
De instelling wordt overgenomen.
6 . 1 b a r
0 8 : 1 5
5.7.3.1 Externe melding 1
Externe melding 1
DI1.07
td:
0s ¦ Logica :
Waarschuw.
5. Druk op de toets «Rechts».
6. Druk op de toets «Enter».
De aan de uitgang toegewezen checkbox knippert.
7. Druk op de toets «Omhoog».
De checkbox is geactiveerd.
8. Druk op de toets «Enter».
De uitgang is toegewezen en geactiveerd.
Het signaal aan de digitale ingang DI staat ter beschikking als
signaal aan de geselecteerde uitgang DOR.
Analoge meetwaarden op het display uitgeven
Voor analoge meetwaarden kunnen klantspecifieke meldingen gedefinieerd worden.
De melding kan als storings-, waarschuwings- of bedrijfsmelding worden geïdentificeerd.
Als de overschrijding van een schakelpunt als storing wordt geïdentificeerd, gaat de sturing
bij aanhoudend signaal in storing en schakelt ze de machine uit.
Volgende meldingen kunnen worden uitgevoerd:
Melding
AnMod_p_1
AnMod_p_2
AnMod_p_3
AnMod_p_4
AnMod_T_1
AnMod_T_2
AnMod_T_3
AnMod_T_4
AnMod_I_1
AnMod_I_2
Bedieningshandleiding
Sturing
SIGMA CONTROL 2 SCREW FLUID ≥5.0.X
8 0 ° C
ok ☑
+
DOR1.01
☑
☑
Verklaring
Klantspecifieke bewaking van drukwaarde p1
Klantspecifieke bewaking van drukwaarde p2
Klantspecifieke bewaking van drukwaarde p3
Klantspecifieke bewaking van drukwaarde p4
Klantspecifieke bewaking van temperatuurwaarde
T1
Klantspecifieke bewaking van temperatuurwaarde
T2
Klantspecifieke bewaking van temperatuurwaarde
T3
Klantspecifieke bewaking van temperatuurwaarde
T4
Klantspecifieke bewaking van stroomwaarde I1
Klantspecifieke bewaking van stroomwaarde I2
Kopregel
Menu
meldingstekst
Ingang gekozen
Actieve regel; checkbox Logic instellen
Uitgang geselecteerd en geactiveerd
Voorbeeld: Meldingstype Waarschuw.
Externe melding 1 en als uitgangs‐
Meetwaarde Uitgang
159